Een eenvoudige jongen 5.
5.
De Here God had Daniël in een visioen de droom van de koning bekend gemaakt, en gisteren heb ik verteld dat het eerste dat Daniël deed was, de Here God groot maken en eren. Daarna gaat hij naar de commandant en zegt hem de wijzen en geleerden nog niet ter dood te brengen. Dan laat hij zich aandienen bij de koning met de boodschap dat hij de droom van de koning kent en kan uitleggen. Deze commandant leidt hem haastig de koning voor en deze vraagt hem verbaasd of hij écht die droom kan uitleggen?
Wat Daniël dan doet is mooi, hij vertelt de koning onmiddellijk dat er geen enkel mens is, geen geleerde of magiër of bezweerder of wie dan ook, die de droom van de koning zou kunnen onthullen. Daarmee bevestigt hij bij de koning de woorden die de Chaldeeërs óók al tot hem gesproken hadden. En zo herstelt hij eigenlijk hun eer en geloofwaardigheid. Ik vond dat opmerkelijk, want Daniël had gemakkelijk deze geleerden (die bovendien afgoden dienden) in diskrediet kunnen brengen door alle eer voor zichzelf op te eisen en zo de woorden van die geleerden te logenstraffen. Maar hij deed dat niet. Wat hij wél deed was: God de eer geven. Want hij zegt in Dan.2:28a : Er is een God in de hemel die mysteries onthult. Hij heeft koning Nebukadnessar laten weten wat er aan het einde van de tijd zal gebeuren. En vervolgens vertelt hij de koning zijn droom die de Here hem in een visioen heeft laten zien. Daarbij geeft hij ook de uitleg van de droom aan de koning en in het kort kwam het erop neer dat er koningen zouden komen en gaan, dat het ene rijk het andere zou verslaan die dan zelf ook weer verslagen worden, maar dat het koninkrijk van God, uiteindelijk eeuwig zou bestaan en nooit in andere handen over zou gaan.
De koning is onder de indruk van het feit dat Daniël inderdaad zijn droom precies wist te vertellen, en ook van de uitleg ervan Dingen die voor een ieder verborgen waren en die ook door de goden van de andere geleerden niet aan het licht gebracht konden worden, kon de God van Daniël wél onthullen. En doordat Daniël ook onmiddellijk duidelijk had gemaakt dat óók hijzelf niet in staat was om deze droom te onthullen, kwam alle eer daarom toe aan God. Het resultaat daarvan is dat er staat in Dan.2:46-47: Toen knielde koning Nebukadnessar neer en boog voor Daniël, en hij beval een offer te bereiden en reukwerk aan hem op te dragen. De koning zei tegen Daniël: Het is waar; uw God is de God der goden en de heer der koningen. Hij onthult mysteries en daardoor hebt u dit mysterie kunnen onthullen.
Deze koning had gezien dat die God, die Daniël diende, de Allerhoogste God wás. Hij was nog niet zover dat hij die God ook als énige God zag, want hij noemt hem de God der goden. Maar hij heeft kunnen proeven dat deze God een waarachtig God is omdat deze God in staat was iets te onthullen dat alleen bij de koning bekend was.
ALs ik dit vertaal naar vandaag, dan denk ik dat de Here God nog steeds op precies dezelfde wijze wil werken, door een ieder van ons heen. Als je leest wat Paulus schrijft in I Kor.14:1 : Jaagt de liefde na en streeft naar de gaven des Geestes, doch vooral naar het profeteren. En dan staat er in ditzelfde hoofdstuk in vers 24-25 : Als allen profeteren en er komt een ongelovige of toehoorder binnen, dan wordt hij door allen weerlegd, wordt hij door allen doorgrondt, het verborgene van zijn hart komt aan het licht en hij zal zich ter aarde werpen, God aanbidden en belijden, dat God inderdaad in uw midden is.
Paulus zegt dat we ernaar moeten “streven” wat zoveel wil zeggen als: je best ervoor doen, je ervoor inzetten. Wat hier beschreven wordt is dat de Here God dingen onthult, openbaart, die voor ieder ander verborgen zijn. Dingen die niemand anders kan weten dan alleen de persoon in kwestie. En destijds deed de Here God dat, maar ook vandaag wil Hij dat nog doen. En dan niet om een ander voor gek te zetten ofzo, maar altijd alleen om iemand te helpen. Om Zijn grootheid openbaar te maken en zo die ander tot erkentenis van de waarheid te brengen. Wij mogen hierbij een instrument zijn dat door de Here God gebruikt kan worden. Daniël was zo’n instrument en ook vandaag is de Here God nog op zoek naar echt bruikbare instrumenten. Weet je, de wil is wel aanwezig, maar dat alleen is niet genoeg, we moeten de daad bij het woord voegen en er zelf aan werken. Ernaar streven, ons ervoor inzetten, ons best ervoor doen. Tijd nemen, Gods woord lezen, luisteren en gehoorzamen. Steeds opnieuw komt dit als een rode draad terug. Het kost ons wel wat, maar het is het wel dubbel en dwars waard, als je ziet dat je daardoor gebruikt kunt worden om mensen tot de Here te leiden.
God ziet in het verborgene
Hij is het die onthult,
de dingen die géén ander weet,
verborgen pijn of schuld.
Maar tevens toont Hij ’n ieder
Zijn grootheid hier doorheen,
want er is niemand die dit kan,
niemand dan Hij alleen.
Morgen weer een stukje verder.