Willekeurige bemoediging
  • 5 december 2005
    Nog even verder met Psalm 1 en dan vandaag vers 3 : Want hij is als een boom, geplant aan waterstromen, …
Recente reacties
Archief

CD: U bent er altijd

Here is the Music Player. You need to installl flash player to show this cool thing!

De ene hand…

verjaardag

Dinsdag werd mijn kleindochter 10 jaar en omdat je 3 mensen, op gepaste afstand dan wel, mag ontvangen mocht ze dus kiezen wie er op haar verjaardag mocht komen. Haar 2 oma’s en haar opa waren de uitverkorenen en dus was ik gezellig even op verjaarsvisite. Nou, ze was heel blij dat we er waren, ze had nieuwe verjaardagskleren aan en ze straalde. Heerlijk om te zien. Als verrassing hadden alle andere familieleden, die er dus niet bij mochten zijn, een videoberichtje gestuurd en daar had mijn jongste dochter een filmpje van gemaakt en dat vond ze natuurlijk superleuk en het werd nóg leuker toen er een krat met cadeautjes tevoorschijn kwam die velen hadden gekocht en die ze dus ook nog mocht uitpakken. Wat een feest was dat, ze was er helemaal blij mee. Het is zo leuk om zo’n blij meisje te zien die in eerste instantie een aantal weken geleden heel verdrietig was toen ze begreep dat haar verjaardag dit jaar vanwege de corona maatregelen niet echt gevierd kon worden.

Ach, zo probeer je er toch iets gezelligs van te maken voor elkaar en als het gaat om feestelijke dingen dan is dat niet zo moeilijk. Veel moeilijker is het om verdriet en pijn te verzachten die in deze tijd ook zo aan alle kanten rondom ons aanwezig is. We horen het dagelijks als we naar het nieuws luisteren, we zien het in de ogen van mensen die we tegenkomen en dat is moeilijk want je zou zo graag iets doen om te helpen, je zou echt een verschil willen maken. En terwijl ik dat dan bedenk dan weet ik ook dat er wél iets is dat ik kan doen, de bijbel leert ons dat we moeten doen wat onze hand vindt om te doen en ik heb het ooit al eens eerder gezegd, dan is het soms alleen mijn ene hand die mijn andere vindt en dan vouw ik ze samen en bid…

Als ik mijn ogen sluit oh Heer

dan voel ik hoe mijn tranen

zich glijdend langs mijn wangen

hun eigen wegen banen.

Aan de ene kant is dankbaarheid

voor al Uw zegeningen,

maar aan de andere kant een groot verdriet

om al die nare dingen.

Heer deze wereld is in nood

en wij kunnen niet helpen,

we voelen ons vaak machteloos

niet in staat het leed te stelpen.

Maar wij mogen in erbarmen

onze handen vouwen,

we mogen spreken uit ons hart

en op Uw liefde bouwen.

Dan bid ik U Heer om Uw troost

voor elk gebroken leven,

voor harten die rondom hen staan

en stille liefde geven.

Waar niemand echt kan helpen,

geen woord de pijn verzacht,

bent U als enige in staat

te wonen in hun nacht.

Tastbaar dichtbij, voelbaar aanwezig,

zonder een stem of woord,

maar ik weet dat juist dan het hart

Uw trouwe liefde “hoort”.

Moge de Here je deze dag omringen met Zijn liefde, Zijn vertroosting en moge Hij Zijn vrede in jouw hart leggen!

morgenstond

facebooktwittergoogle_plusredditpinterestmail

Vergeet dat niet!

bloesem

Goedemorgen lieve lezers,

Van verschillende kanten heb ik de vraag gekregen wanneer ik weer iets op mijn site ging plaatsen. Het is, behalve dat ik wel wat kerstverhalen heb geschreven, al een tijdje stil hier op mijn site. Ach, weet je, je hebt wel eens van die tijden dat er heel veel gebeurt in je leven, dat je aan alle kanten tegelijk wilt zijn maar tegelijk merkte ik dat ik ook even geen echte inspiratie had dus heb ik even een time-out genomen. Ik wil nu niet zeggen dat ik hier dagelijks iets zal posten maar wel van tijd tot tijd weer even iets van me laat horen.

We leven in een gekke tijd, de coronacrisis heeft de hele wereld in zijn greep. Onvoorstelbaar hoe in zó korte tijd een hele wereldbevolking in de ban van dit virus is geraakt en hoe dit invloed heeft op echt alles! Het is verschrikkelijk om te horen hoeveel mensen er al aan zijn overleden en hoeveel mensen er op dit moment liggen te vechten voor hun leven. De angst is wereldwijd net zo hard gegroeid als de besmetting met het virus en niet ten onrechte want het is een verschrikkelijke, verwoestende, levensbedreigende ziekte. We moeten afstand houden van elkaar, als je in een winkel je boodschapjes doet dan moet je opletten waar je loopt zodat je elkaar de ruimte geeft, ik mag niet meer naar mijn moeder die in een zorginstelling woont, ik zie veel van mijn familie en kinderen alleen via skype of hoor ze via de telefoon of whatsapp, sommigen zie ik nog wel maar dan ook op gepaste afstand, heel raar allemaal en “onnatuurlijk” want we zijn niet gemaakt om op afstand van elkaar te leven maar om samen te zijn.

Toch heeft deze tijd voor velen ook mooie kanten, er is meer rust, iets wat in deze hectische tijd vaak heel erg ontbreekt in onze levens, er is meer tijd om te genieten van de natuur, de vogels die zingen, alle bomen die weer groen worden, de bloesem die alles zo mooi en levendig maakt, het zijn beloften voor- en de markering van- een nieuw seizoen. Het is ook een tijd waarin mensen tot bezinning komen en zich voor het eerst of opnieuw keren naar de Bijbel en naar de Here God.

En hoe is dat dan voor “ons christenen” die al heel wat jaren meelopen en als “kinderen van God” onszelf altijd hebben geprofileerd? Hoe is dat als het gevaar zo dichtbij is, als het rondom ons is, als het onszelf raakt? Het is een vraag die iedereen alleen voor zichzelf kan beantwoorden en ook ik kan die vraag alleen voor mijzelf beantwoorden. Ik zal heel eerlijk zijn en jullie vertellen dat het beangstigend is! Niet het idee dat je zou overlijden door deze ziekte, want in dat geval mag ik naar mijn Heer en Heiland en dat is alleen maar heerlijk. Nee, de gedachte dat je zo´n verschrikkelijk lijden zou moeten doormaken, en dan vooral de gedachte dat één van je geliefden dat zou moeten doormaken., dáár maak je je grote zorgen over en dát is het wat het beangstigend maakt en dan is het zaak om vast te houden aan dat wat ik altijd heb geloofd, geproclameerd en ervaren, namelijk dat Hij, God, alle dingen in Zijn handen heeft! Dat is niet mijn waarheid maar dat is DE waarheid!

Ik deed een paar weken terug een appje naar mijn kleindochter van 11. Zij en haar broertje van 12 hebben op jonge leeftijd hun vader verloren en de vaste bezoekers van deze site weten hiervan. Haar broertje heeft sinds zijn geboorte al astma en vroeger al een paar keer in het ziekenhuis gelegen. Nu had hij de laatste weken weer last van hele erge benauwdheidsklachten en in deze coronatijd is dat natuurlijk heel zorgelijk en beangstigend. Nadat hij al een paar kuren had gehad werd het toch weer zo erg dat hij naar het ziekenhuis ging voor onderzoek. Daar hebben ze hem meteen gehouden en diezelfde avond lag hij op de IC van het Sofia kinderziekenhuis. Dan slaat de schrik je om het hart en dan kun je thuis “alleen maar” bidden. Het voelt vaak als laatste redmiddel terwijl het juist zo’n kracht heeft. Ook mijn dochter werd bijna gek thuis want haar huidige man was meegegaan en gelukkig mocht hij er wel bijblijven maar als moeder wil je natuurlijk ook bij je kind zijn. Uiteindelijk hebben ze ook daar allerlei onderzoek gedaan en mocht hij van de IC af en terug naar de kinderafdeling waar hij verder behandeld moest worden. En terwijl hij daar lag heb ik hem geappt maar ook zijn zusje. Ik vroeg haar hoe het ging, ze is zo’n gevoelig meisje en dit alles gaat haar uiteraard ook niet in de koude kleren zitten. Maar hoe mooi is het dan als je van een 11 jarige dit terug krijgt: “Dankjewel oma, ik hou ook heeeeeeel veel van jou. Ik hoop dat je veilig bent oma, God is bij je en Hij zal voor je zorgen, wat er ook gebeurt, vergeet dat niet”.

Wauw, dát is op zo’n moment een bericht dat je eventjes weer met je beide benen op de grond brengt. Wat heeft ze gelijk! Wij kunnen niet in de toekomst kijken, we weten niet eens hoe onze dag zal verlopen maar God is bij ons en wát er ook gebeurt, Hij zorgt voor ons. In deze onzekere tijd, deze “1.5 meter maatschappij” waarin we momenteel leven, waar niemand dichtbij mag komen, is er 1 die wél dichtbij wil zijn, een Vader die Zijn armen om ons heen slaat, hoe mooi is dat om te weten. Om met de woorden van mijn kleindochter te spreken: Vergeet dat niet! En die bemoediging wil ik jullie allemaal meegeven voor vandaag. (Overigens is mijn kleinzoon, na een week in het ziekenhuis gelegen te hebben, weer thuisgekomen en gaat het goed met hem. )

Psalm 100:5: Want de Here is goed, want de Here is goed, Zijn goedertierenheid is voor eeuwig, Zijn trouw van generatie op generatie. 

Gods armen om ons heen

 

facebooktwittergoogle_plusredditpinterestmail

Kerstverhaal: Brenda toch… (slot)

kerst 2019

Vanavond is het zover, het kerstfeest op school. Langzaam maar zeker druppelen de ouders de aula van de school binnen. Het is er gezellig gemaakt, er staan rijen met stoelen en als de kinderen van tijd tot tijd om een hoekje kijken zien ze dat het steeds voller wordt. Marcia, Chris, Mark en Alexandra zijn er ook, ze zitten in dezelfde rij en zachtjes aan wordt het voor de directeur van de school tijd om alle gasten te begroeten. Hij komt het podium op, neemt de microfoon en heet de mensen van harte welkom. Hij begint met een gebed en daarna zingen ze met zijn allen 2 mooie liederen. Dan kondigt hij het kerstspel aan en de lichten in de zaal worden gedoofd, alle ogen zijn gericht op het podium. Het kerstspel is mooi, alle kinderen hebben hard geoefend en kennen hun rol perfect. Als ze klaar zijn krijgen ze daverend applaus en dan is het de beurt aan Stacy. Wat verlegen komt ze het podium op en de lerares zet zich aan de piano. Als ze de eerste noten gezongen heeft vallen de zenuwen van Stacy af en dan klinkt haar mooie, zuivere stem door de aula. Het is doodstil, iedereen luistert ontroerd naar het mooie lied en als het uit is blijft het nog even stil voordat het applaus losbarst. Stacy krijgt er een kleur van en gaat terug naar de andere kinderen. Spontaan vliegt Brenda op haar af “wat heb je dát prachtig gedaan Stacy” zegt ze en Stacy lacht blij naar haar. Als een poosje later het laatste lied gezongen is en het laatste gebed geklonken heeft gaat ieder weer huiswaarts. Het is meteen ook het begin van kerstvakantie en de kinderen hebben er zin in.

Vandaag is het de eerste kerstdag en Marcia heeft Alexandra en Stacy uitgenodigd om na de kerk met hen mee te komen. Daar hadden die twee wel oren naar en ook de tweeling heeft er zin in. Als ze thuis komen uit de kerk zitten ze gezellig met z’n allen bij elkaar, er is koffie, chocolademelk, heerlijke zelfgebakken cake en Alexandra heeft een hele door met koekjes meegebracht die zij en Stacy de vorige dag hadden gebakken. Genietend kijkt Brenda de kring rond, oh hoe anders voelt ze zich nu, wat een verschil met nog maar zo kort geleden. Wat was ze de dominee dankbaar dat hij naar haar toe gekomen was, hij had haar eerst uit de sneeuw gehaald en later zó geholpen met zijn verhaal. Ach, de dominee, “mam? ik moet zo aan de dominee denken, zou ik hem mogen bellen om te vragen of hij ook zin heeft om te komen?” vraagt ze. Marcia kijkt in het vragende gezichtje van Brenda en knikt, “natuurlijk mag dat” zegt ze. Snel pakt Brenda de telefoon en belt de dominee op, nadat hij bij haar geweest is heeft ze nog een paar keer met hem gesproken door de telefoon, zij en haar ouders zijn hem zo vreselijk dankbaar. Herbert en Eefje vinden de onverwachte uitnodiging heel gezellig en een uurtje later bellen ze aan en worden ze door een blije Brenda binnen genodigd. 

Aan het einde van de middag zit het hele gezelschap rond de grote eettafel die voor deze gelegenheid feestelijk gedekt is. Marcia heeft, met hulp van Alexandra en Eefje, een heerlijke maaltijd op tafel gezet en voordat ze gaan eten vouwen ze de handen voor een gebed. Chris vraagt aan de dominee of hij zou willen danken voor het eten maar voordat hij kan beginnen zegt Brenda: “Papa, zou ik het mogen doen vandaag?” Verrast kijkt iedereen naar haar, “ja natuurlijk lieverd” zegt papa en als ze hun ogen sluiten horen ze Brenda zeggen: “Here God dank U wel dat ik nu weet wat genade is, dat U mij vergeven heeft en dat Stacy en haar moeder mij vergeven hebben terwijl ik het niet had verdiend, oh ik ben zó blij dat het in mijn hart nu rustig is en wilt U mij helpen om daar altijd aan te denken zodat ik aan anderen ook een stukje van Uw genade mag uitdelen…” Verlegen kijkt Brenda op na haar gebed en haar ogen ontmoeten die van de dominee die haar toe knikt. Ja, Brenda heeft het begrepen en de oude dominee dankt in de stilte de Here God dat hij dit meisje mocht ontmoeten en haar mocht helpen in de moeilijkste momenten van haar jonge leventje. 

Terwijl buiten opnieuw verse sneeuwvlokjes uit de koude lucht naar beneden dwarrelen is het binnen warm en gezellig maar het allermooiste? Dat is dat er in het hart van Brenda vrede is gekomen.

christmas-tree

facebooktwittergoogle_plusredditpinterestmail

Kerstverhaal: Brenda toch… (14)

kerst 2019

Nadat de dominee die middag is weggegaan heeft Brenda nog een tijdlang nagedacht over zijn woorden en na het eten vraagt ze haar ouders of ze Stacy en haar moeder zouden willen vragen of ze alsjeblieft bij hen langs zouden willen komen. Marcia en Chris begrijpen dat dit voor hun dochter een hele overwinning moet zijn en ze stemmen ermee in. Marcia zoekt de adreslijst van school erbij en even later belt ze naar Alexandra. Nadat ze heeft uitgelegd wie ze is en ook heeft uitgelegd waarom ze haar belt, ook heeft verteld van de spijt en schuld die Brenda voelt stemt Alexandra er mee in om samen met Stacy langs te komen en ze spreken af voor de volgende middag.

Als het dan eindelijk zo ver is dat Stacy, samen met haar moeder, aan de deur staat bonkt Brenda’s hart van angst; hoe zouden ze reageren? zouden ze erg boos zijn? zouden ze haar excuses misschien niet eens aan willen nemen? Duizend vragen schieten door haar hoofd als haar moeder naar de gang loopt om die beiden binnen te laten. Alexandra had moeite gehad om Stacy mee te krijgen, die wilde niet, nee Stacy was heel erg boos maar haar moeder had erop gestaan dat ze meeging en met een boos en onwillig gezicht komt ze, achter haar moeder, de kamer binnen. Alexandra zegt vriendelijk gedag maar Stacy heeft een gezicht als een donderwolk en zegt niets. Brenda weet niet hoe te reageren en er hangt een spanning in de gezellige woonkamer als Marcia even later binnenkomt met een blad met kopjes erop. Er is koffie voor de moeders en lekkere chocolademelk voor de meisjes. In één ogenblik heeft Marcia de stemming gepeild en als ze ook nog een lekker kerstkransje heeft gepresenteerd vraagt ze aan Stacy hoe het met haar arm gaat, heeft ze nog veel pijn of valt het mee? Stacy knikt stug van nee, ze heeft er geen pijn aan nu het in het gips zit, “maar” zegt ze “mijn fiets is wél kapot en mama heeft geen geld om hem te laten maken!” Beschuldigend kijkt ze naar Brenda die helemaal in haar schulp kruipt. Dan grijpt Alexandra in, ze kijkt Brenda bemoedigend aan en zegt: “Volgens mij zijn we hier omdat Brenda ons iets wilde zeggen toch Brenda?” Ze knikt eens bemoedigend naar het meisje dat daar zo timide in haar stoel zit, ze heeft allang gezien dat het kind enorme wroeging heeft en met zichzelf geen raad weet. Brenda buigt haar hoofd en met een klein stemmetje begint ze te vertellen wat er de laatste weken allemaal voorgevallen is, alles wat er in haar hoofd omgegaan was en waar dat uiteindelijk toe geleid heeft. Alexandra luistert naar het meisje en begrijpt dat ook Stacy niet bepaald een engeltje geweest is. Stacy zelf heeft dat inmiddels ook wel begrepen, luisterend naar het verhaal van Brenda krijgt ze ineens een heel ander beeld van zichzelf en als Brenda aan het einde van haar verhaal met betraande ogen naar haar kijkt en haar om vergeving vraagt dan breekt er ook bij de trotse Stacy iets vanbinnen. Ook zij begint te vertellen over de eenzaamheid die ze zo dikwijls voelt, over mama die zoveel moet werken, over de voedselbank waar ze over mopperde, maar ze beseft ook dat ze ondankbaar is geweest en als ze is uitverteld staat Brenda op, gaat naar haar toe en aarzelend steekt ze haar hand uit naar Stacy, “zouden we vrienden kunnen worden Stacy?” vraagt ze met een schuwe blik op Alexandra want zou zij het wel goed vinden als Stacy vrienden met haar zou worden? Stacy knikt en de meisjes kijken elkaar aan terwijl ze de hand van Brenda aanneemt. De beide moeders zijn ontroerd en er wordt die middag nog heel wat af gepraat tussen die twee.

Enkele dagen later gaat Brenda voor het eerst weer naar school, Nienke is blij dat haar zusje weer genoeg hersteld is om mee te gaan maar Brenda is heel nerveus. Ze moet nu alle klasgenootjes onder ogen komen die gehoord hebben hoe lelijk ze tegen Stacy gedaan had en hoewel ze het liefste hard zou weglopen weet ze dat ze hier toch doorheen moet. Gelukkig is ze niet alleen maar is haar zusje er die haar door dik en dun steunt. “Kom op Bren, we doen het samen” zegt ze bemoedigend en zo stappen ze op hun fiets. Als ze bij school komen zien ze bij het het Stacy al staan, zij was alweer een aantal dagen op school en ze begrijpt dat het voor Brenda moeilijk is, daarom staat ze haar op te wachten. Brenda wordt er warm van en even later lopen ze gedrieën de school binnen. De andere kinderen kijken verbaasd, nou nou, het lijkt wel of ze ineens dikke vriendinnen zijn zeg. Als de eerste les begint steekt Brenda haar vinger op en vraagt met een bibberend stemmetje of ze iets mag zeggen. De lerares knikt en dan loopt ze dapper naar voren. Zo voor de klas, met de ogen van alle kinderen op zich gericht vertelt Brenda dat ze heel erg dom gedaan heeft en dat ze ook aan de kinderen uit de klas wil zeggen dat ze daar heel veel spijt van heeft. Met gebogen hoofd loopt ze terug naar haar plekje maar dan zijn daar veel stemmen die door elkaar heen praten en haar prijzen dat ze zo dapper is geweest, Ze hebben respect voor haar en dat laten ze haar weten. Brenda is blij verrast door deze reacties en ze slaakt een zucht van verlichting.

Inmiddels is het nu bijna kerst en ze oefenen hard voor het kerstspel en de liederen. Brenda is niet meer haantje de voorste, ze houdt zich meer op de achtergrond en speelt de rol die haar is toebedeeld. Ook Stacy oefent hard haar solo en het gaat steeds beter. De drie meisjes, de tweeling en Stacy, zijn inmiddels dikke vriendinnen aan het worden, Stacy gaat na schooltijd vaak met de meisjes mee naar huis, zo is ze niet zo alleen als mama nog aan het werk is, en menig keer blijft ze ook eten. Na het eten wordt ze dan door Chris thuisgebracht want haar arm zit nog in het gips en ze kan nog niet fietsen. Steevast geeft Marcia dan eten mee aan Stacy voor haar moeder, “omdat ik een beetje teveel heb gemaakt” zegt ze dan en het wordt in dank aanvaard. Marcia probeert Alexandra zo een beetje te helpen, nog een jaartje hebben ze het krap maar daarna is de schuld afbetaald en dan zal het allemaal wat makkelijker voor hen worden. Stacy warmt zich aan de gezelligheid en liefde daar bij de tweeling thuis, zelfs Mark vindt ze aardig en ze kan goed met hem opschieten. Het is altijd een vrolijke boel met de jongelui en ‘s avonds in haar bed is het een tevreden Stacy die de dag nog eens overdenkt.

Wordt vervolgd…

christmas-tree

facebooktwittergoogle_plusredditpinterestmail

Kerstverhaal: Brenda toch… (13)

kerst 2019

Kleintjes en wit ligt Brenda in het grote ziekenhuisbed, als de deur opengaat en ze haar vader en moeder ziet breekt ze en huilt ze al haar verdriet eruit. Papa en mama gaan ieder aan een kant op de rand van haar bed zitten en nemen hun meisje in hun armen. “Wat is er toch aan de hand lieverd? Wat is er gebeurd?” Met horten en stoten komt het hele verhaal eruit, hoe boos ze was geweest op Stacy en hoe jaloers dat ze zo mooi kon zingen en dat ze alle aandacht van iedereen kreeg en hoe ze had gezien dat Stacy en haar moeder spullen ophaalden bij de voedselbank en ze Stacy daarmee had vernederd voor alle kinderen van de klas. “En mama, papa” huilt ze, “toen rende Stacy weg en ging er heel hard op haar fiets vandoor en toen heb ik gehoord hoe ze doodgereden is!!” snikt ze. Chris en Marcia kijken elkaar aan en hun hart loopt over van medelijden met dit domme meisje. “Ach Brenda toch, wat je gedaan hebt is heel erg lelijk en dat was niet goed, dat had je nooit mogen doen maar Stacy is niet dood. Ze is aangereden maar gelukkig heeft ze alleen een gebroken arm” zegt Marcia die van Nienke natuurlijk het hele verhaal de vorige avond had gehoord en daardoor ook wist wat er met Stacy aan de hand geweest was. Brenda kijkt haar met grote roodbehuilde ogen aan, “niet dood? echt niet?” vraagt ze ongelovig, en als Chris bevestigd dat ze niet dood is snikt ze het opnieuw uit maar dit keer van opluchting. Marcia kijkt Brenda liefdevol aan en zegt dat ze nu eerst maar heel snel op moet knappen. Diezelfde dag, als Brenda haar lichaam weer op de goede temperatuur heeft mag ze al naar huis. Wel heeft de arts de ouders nog even apart genomen en hen gezegd dat Brenda tijd nodig heeft om alles te verwerken en dat begrijpen Marcia en Chris wel, voorlopig even geen school.

Op haar kamertje zit Brenda, Nienke is naar school maar zij mocht nog thuisblijven van papa en mama. Lusteloos hangt ze in een stoeltje en weet zich met zichzelf geen raad. Ze heeft een lang gesprek gehad met papa en mama en ze heeft alles opgebiecht, haar lelijke gedachten, haar wraakgevoelens en hoe het haar hart boos maakte. Papa en mama hebben gezegd dat ze Stacy vergeving moet vragen maar ze durft het niet. Ze durft niemand van school meer onder ogen te komen want ze is ervan overtuigd dat iedereen nu een hekel aan haar heeft en dat kan ze best snappen ook. Marcia en Chris zijn bezorgd, zo kennen ze hun Brenda niet, zo lusteloos en zo teneergeslagen… Marcia heeft inmiddels wel zelf al met Alexandra gebeld om te vragen hoe het met Stacy is en om haar verontschuldigingen aan te bieden. Alexandra had weliswaar wat afstandelijk maar niet onvriendelijk gereageerd.

De tweede middag dat Brenda van school thuis is wordt er aangebeld, Marcia doet open en voor de deur staat een vriendelijke oudere heer. Hij stelt zich voor als Herbert van der Putten en Marcia grijpt dankbaar zijn hand. “Oh dan bent u die meneer die onze Brenda gevonden heeft” zegt ze en snel nodigt ze hem binnen. Dominee vraagt of Brenda er ook is? en Marcia vertelt dat Brenda thuis is gebleven van school, dat ze zo lusteloos en stil is en dat ze niet goed raad weten met haar.Ze vertelt hem het hele verhaal en Herbert vertelt dat hij een gepensioneerd dominee is en vraagt of hij een praatje met Brenda mag maken. Marcia knikt, “graag dominee” zegt ze dankbaar maar gaat dan eerst een bakje koffie voor hem maken. Na de koffie wijst ze hem de weg naar Brenda’s kamer. De dominee klopt netjes aan de deur en een beetje verbaasd zegt Brenda “binnen”, wie zou dat zijn? Als ze het gezicht van de dominee om de hoek ziet komen licht haar gezichtje blij op, deze meneer kent ze, hij heeft haar uit de tuin gehaald en op de bank gelegd. “Dag meneer” zegt ze verlegen en ze geeft hem een hand. Hij houdt die smalle meisjeshand even warm in de zijne en zegt: “dag Brenda, ik kwam eens kijken hoe het met je gaat” en vriendelijk knikt hij haar toe. Brenda buigt het hoofd en zegt zachtjes, “het gaat wel meneer”. De dominee ziet tranen in haar ogen en vraagt waarom ze zo verdrietig is. “Je kunt het me wel vertellen meiske, ik ben dominee en er zijn al veel mensen geweest die mij van hun verdriet verteld hebben”. Brenda kijkt hem aan en als ze in zijn vriendelijke gezicht kijkt weet ze dat ze deze dominee kan vertrouwen en vertelt ze hem alles wat haar zo bedrukt en verdrietig maakt. Het is vooral een heel groot schuldgevoel dat ervoor zorgt dat ze niet verder kan. Dominee luistert geduldig en als Brenda is uitverteld pakt hij opnieuw haar hand, kijkt haar warm aan en zegt: “Brenda, mag ik je eens een verhaal vertellen?” Brenda knikt stil en dan begint de dominee te vertellen…

“Er was eens een jongen, hij was denk ik zo’n 11 jaar oud, en hij was de ondeugd van de straat. Hij had heel veel vrienden en maakte plezier maar haalde ook wel kattenkwaad uit. Ach, kwajongensstreken zou je kunnen zeggen, hij dacht er niet altijd goed over na maar het was geen slechte jongen. Op een dag kwamen er nieuwe mensen in de straat wonen en die hadden twee zoons die wat ouder dan de rest van de buurtkinderen waren. Het waren jongens die altijd aan het opscheppen waren over alles wat zij hadden en wat ze konden en dan zeiden ze tegen de jongere kinderen uit de straat dat het bange baby’s waren en dat ze niks durfden. De ondeugende jongen wilde ook wel zo stoer zijn als die grote jongens en hij zei tegen ze dat hij álles durfde en dat hij nergens bang voor was. De grote jongens lachten hem uit en begonnen hem uit te dagen. Ze lieten hem hele verkeerde dingen doen, zo moest hij stiekem snoep stelen in de winkel, hij moest de banden van iemands auto lek steken en op een dag hadden ze hem een tangetje gegeven om de remmen van de fiets door te knippen van een meneer in de straat. Deze meneer had geklaagd over de jongens omdat hij gezien had hoe ze meerdere malen mensen lastig vielen waardoor meer en meer mensen bang voor hen werden. Deze grote jongens waren heel erg brutaal en wilden het de man betaald zetten en daarom moest de ondeugende kleine jongen die kabeltjes kapot knippen. De jongen voelde zich gevangen door die jongens want nadat hij één klusje voor ze had gedaan, het snoep uit de winkel stelen, hadden ze hem gedreigd dat als hij niet alles deed wat ze hem vroegen ze hem zouden verraden en dan moest hij vast en zeker naar de gevangenis. De jongen was daar erg bang van geworden en daarom deed hij wat de groteren hem vroegen, óók die kabeltjes doorknippen. Maar hij had geen idee wat de gevolgen daarvan zouden kunnen zijn totdat hij de volgende avond thuiskwam en van zijn vader hoorde dat de meneer met zijn fiets een ernstig ongeluk had gehad omdat zijn remmen niet meer werkten. Oh wat schrok hij en wat voelde hij zich vreselijk schuldig, maar hij durfde er met niemand over te praten, hij was zó bang. Hij sloot zich zoveel mogelijk op zijn kamertje op en wilde niet meer naar buiten. Na schooltijd rende hij in een vaart naar huis en daar bleef hij, angstvallig wachtend op nieuws over de meneer en hij werd banger en banger omdat het misschien wel steeds slechter ging met deze meneer. Zou hij doodgaan? Oh néé, dan zou hij een moordenaar zijn!!! De jongen had geen rustig moment meer, hij kon ‘s nachts niet meer slapen en overdag niet meer opletten op school, aan tafel kreeg hij bijna geen hap door zijn keel en zo zat hij op een woensdagmiddag weer in zijn kamertje. Zijn hart bonkte van angst, en hij wist zich geen raad meer, en toen, daar op zijn kamertje, begon hij met de Here God te praten. Ook dat had hij niet gedurfd omdat hij zich zó slecht en schuldig voelde maar nu wist hij niet anders meer te doen en hij vertelde de Here God hoe fout hij gehandeld had, hij huilde heel zijn verdriet er uit en bad vurig of de Here God hem toch nog wilde vergeven en ook of Hij de meneer beter wilde maken. Totaal uitgeput viel hij in slaap maar toen hij door zijn moeder geroepen werd om te komen eten wist hij dat hij nu ook met zijn ouders moest praten. Beneden gekomen begon hij meteen om ook zijn ouders alles te vertellen, zijn ouders zagen hoe moeilijk hij het ermee had en luisterden geschrokken naar alles wat hij had uitgehaald. Ze waren verdrietig omdat hun jongen het zo moeilijk had en hoewel ze natuurlijk zijn daden niet goedkeurden zagen ze wel zijn spijt en ze stelden voor dat ze met hem samen naar het ziekenhuis zouden gaan om ook deze meneer te gaan vertellen wat hij gedaan had en ook hem om vergeving te vragen. Makkelijk vond de jongen dat niet maar zijn ouders gingen met hem mee en toen hij in het ziekenhuis naast het bed van de meneer stond heeft hij hem gezegd hoe vreselijk hij zijn daad vond en heeft hem om vergeving gevraagd. Gelukkig was deze meneer heel erg vriendelijk en heeft de jongen van harte vergeven. Toen hij na 3 weken uit het ziekenhuis kwam was de ondeugende jongen zó blij en vanaf die dag zijn hij en de meneer dikke vrienden geworden. Maar het mooiste geschenk was dat er in het hart van de jongen vrede was gekomen toen hij alles opgebiecht en om vergeving gevraagd had, en weet je Brenda, die jongen… dat was ik!” Brenda kijkt hem met grote ogen aan, ze heeft ademloos geluisterd, die angst, die schuld, het is of de dominee in haar hart kan kijken want dat is precies zoals zij zich ook voelt en nu begrijpt ze dat hij wéét hoe het voor haar moet zijn, ergens geeft dat troost en dan pakt ze de hand van de dominee en ze zegt: “Dominee, ik ben zo bang dat wat ik gedaan heb te erg voor de Here God is om mij te vergeven, ik heb geen vergeving verdiend”. De dominee kijkt haar met liefdevolle ogen aan en zegt: “Ach meisje toch, vergeving kunnen we niet verdienen, dát heet nou genade, iets ontvangen wat je niet verdiend hebt, dat is wat de Here Jezus voor ons gedaan heeft. Hij kwam naar de aarde om voor onze fouten de prijs te betalen, Hij is voor ons aan het kruis gestorven waardoor wij vergeving konden ontvangen. Zóveel houdt Hij van ons”. Daar moet Brenda even over nadenken maar in haar hart begint een glimpje hoop door te dringen en ze vraagt de dominee: “ehh zou u mij willen helpen, zou u samen met mij willen bidden of de Here God óók mij zou willen vergeven? En ook of Hij mij moed wil geven om Stacy om vergeving te vragen?” Dominee glimlacht en knikt, hij neemt haar handen in de zijne en terwijl ze beiden hun hoofden buigen bidden ze daar samen. Na het gebed voelt Brenda zich wonderlijk getroost maar ze weet dat ze nog een hele belangrijke stap moet zetten. 

wordt vervolgd…

christmas-tree

facebooktwittergoogle_plusredditpinterestmail

Kerstverhaal: Brenda toch… (12)

kerst 2019

Omdat het om een minderjarig meisje gaat is de politie meteen op zoek gegaan, ze hebben het signalement van Brenda verspreid en er is een heel aantal agenten op de been om te helpen zoeken. Ook Chris is in zijn auto gestapt om op zoek te gaan naar zijn dochter. De hele omgeving wordt uitgekamd, eerder had Marcia al een heel aantal kinderen uit haar klas gebeld maar niemand had gezien waar Brenda heen gefietst was en ook niemand had er enig idee van. Angstig zitten Marcia, Mark en Nienke bij elkaar en wachten op bericht. Van slapen komt voor Mark en Nienke ook niets, ze zijn veel te ongerust. Marcia probeert zo kalm mogelijk te blijven voor de twee kinderen en zegt: “Laten we samen bidden jongens, wij weten niet waar Brenda is, maar de ogen van de Here God zien haar wel, Hij weet waar ze is en we mogen Hem vragen om haar veilig thuis te brengen”. Zo vouwen ze daar met z’n drieën de handen en bidden de Here God om hun meisje te beschermen. 

Brenda is ondertussen heel koud geworden, eerst had ze het niet gemerkt maar nu voelt ze hoe de koude wind dwars door haar dikke jas dringt en ook haar handen zijn bijna totaal bevroren. Ze wordt zich bewust van de duisternis om haar heen en kijkt over de stille landweg, brrr, ineens wordt ze bang. Hier staan helemaal geen huizen en het is zó verschrikkelijk donker. Stilletjes begint ze te huilen en haar angst zorgt ervoor dat ze staand op de trappers ervandoor vliegt. Snel weg van deze enge donkere weg. In blinde paniek rijdt ze voort totdat ze in de bewoonde wereld komt. Hier zijn gelukkig huizen maar in de meeste huizen is het al donker. Zou het al zo laat zijn? Brenda vraagt het zich verwonderd af, voor haar gevoel gebeurde het ongeluk nog geen half uur geleden. Ze heeft inmiddels vaart geminderd en nu stapt ze af, ze probeert zich te oriënteren waar ze is maar ze heeft geen idee. Angstig probeert ze zich zo onzichtbaar mogelijk te maken, je hoort zulke vreselijke dingen tegenwoordig en ze is bang om verkeerde mensen tegen te komen. ze sluipt langs heggen, verschuilt zich als ze een auto hoort komen en bibberend van kou en van angst kruipt ze uiteindelijk weg achter een rij dikke bomen. Daar laat ze haar fiets vallen en zakt op de grond, ze kan niet meer. Ze denkt terug aan wat ze gedaan heeft en haar hart krimpt samen als ze eraan denkt dat Stacy, door háár schuld, doodgereden is. Bittere tranen lopen over haar wangen, ze heeft zoveel spijt, had ze toch maar nooit die lelijke woorden gezegd, kón ze ze nog maar terug nemen. Wanhopig voelt ze zich en naar huis kan ze ook niet, dat durft ze niet, ze zullen zó boos op haar zijn. En dan komt er ineens nóg een angstige gedachte in haar op, stel je voor dat ze naar de gevangenis moet… en nog harder huilt ze daar in haar verborgen hoekje. Totaal uitgeput en versteend valt ze uiteindelijk in een diepe slaap op de koude grond achter de bomen en terwijl er met man en macht gezocht wordt is er niemand die Brenda vindt die nacht…

Als de gepensioneerde dominee van der Putten de andere morgen vroeg de deur uitstapt om zijn hondje Lexy uit te gaan laten blijft hij even op het tuinpad staan om de frisse vrieslucht in de ademen. Heerlijk vindt hij dit moment van de dag, het is nog lekker vroeg, het is zelfs nog vrij donker en zo heerlijk stil, hij geniet er elke morgen weer van. Als hij met Lexy over het lange tuinpad afloopt trekt Lexy hem plotseling mee. Dominee is verbaasd, zijn Lexy is altijd de rust zelve en dat hij nu zo trekt is vreemd. De dominee laat zich meetrekken naar de plek waar Lexy hem heenvoert en dan ziet hij eerst een fiets liggen en meteen daarna ziet hij een figuurtje liggen, tegen zijn bomenrij, half onder de sneeuw. Dominee schrikt, wat is dat nou? Snel haast hij zich er naartoe en dichterbij gekomen ziet hij dat het een jong meisje is dat daar ligt. “Blijf Lexy” commandeert hij zijn hond en hij buigt zich over het meisje heen, ze reageert niet op zijn roepen en dan neemt hij haar wat moeizaam in zijn armen, hij is tenslotte al een dagje ouder, en snel gaat hij het tuinpad weer over richting zijn huis. Bij de deur gekomen bonst hij met zijn schouder ertegen en roept zijn vrouw Eefje, die op zijn roepen snel de deur opent. “Snel Eef, bel een dokter” hijgt hij terwijl hij haar voorbij loopt om het meisje in de warme woonkamer op de bank te leggen. Eefje is een moment verbijsterd maar weet dan snel te handelen en belt onmiddellijk hun dokter waarna ze dichterbij komt om te kijken wat er aan de hand is. Als ze het meisje ziet en hoort dat haar man haar vond in hun tuin in de sneeuw begint ze meteen haar man te commanderen, “haal een deken Herbert, en vul een warme kruik, dit kind is steenkoud, hoelang lag ze daar al, och arm kindje toch” zegt ze medelijdend tegen de bewusteloze Brenda terwijl ze haar liefdevol door de haren strijkt.

Als niet veel later de dokter arriveert heeft Brenda de ogen opgeslagen en kijkt verdwaasd om zich heen. Ze klappertand van de kou en als de dokter haar heeft onderzocht belt hij meteen een ambulance om haar naar het ziekenhuis te laten brengen. Terwijl ze op de ambulance wachten vraagt dominee vriendelijk naar de naam van Brenda en naar haar adres en of ze het telefoonnummer van haar ouders weet. Brenda vertelt het hem met een zacht stemmetje maar begint dan te huilen. “Ach meneer, ik heb zoiets vreselijks gedaan, oh ik kan niemand meer onder ogen komen, ik heb toch zoveel spijt” snikt ze en ze kan niet verder praten, zo hard is ze aan het huilen. Herbert en Eefje kijken medelijdend naar dit hoopje ellende, wat zou er in dat hoofdje omgaan en wat voor vreselijks zou ze gedaan kunnen hebben? Tijd om het te vragen is er niet meer want de ambulance is gearriveerd en Brenda wordt meegenomen naar het ziekenhuis. 

In het huis van Marcia en Chris is er zorg en onrust, Chris heeft tot diep in de nacht alles afgezocht en ook zijn er een heel aantal agenten aan het zoeken geweest. Uiteindelijk zijn ze gestopt en is er afgesproken om deze morgen vroeg opnieuw op pad te gaan. Chris en Marcia hebben geen oog dicht gedaan en Nienke en Mark zijn af en toe in de stoel en op de bank in slaap gevallen. Bleek en angstig zitten ze bij elkaar als de telefoon rinkelt. Chris neemt de telefoon op en de anderen kijken gespannen naar zijn gezicht. Het is dominee Herbert van der Putten die hem vertelt dat hij zijn dochter heeft gevonden en Chris roept uit het diepst van zijn hart “Oh, God zij gedankt” en Marcia, Mark en Nienke huilen van opluchting want ze begrijpen dat Brenda gevonden is. Chris luistert nog even naar de dominee en bedankt hem heel hartelijk, waarna hij de verbinding verbreekt en Marcia en de kinderen in een grote omhelzing vasthoudt. “Ze is naar het ziekenhuis gebracht, ze was onderkoeld, kom we gaan er snel heen” zegt hij. Meteen pakt hij opnieuw de telefoon en belt met de politie om te zeggen dat hun dochter gevonden is en dan stappen ze snel in de auto. Onderweg vertelt hij wat de dominee gezegd had en als ze in het ziekenhuis aankomen komt de arts al naar hen toe. “Ze is alleen onderkoeld en we zijn bezig om haar lichaam weer op de juiste temperatuur te krijgen, verder heeft ze gelukkig geen longontsteking waar we bang voor waren, ze is alleen wel erg door de war maar ik zal u naar haar kamer brengen” zegt hij. 

wordt vervolgd…

christmas-tree

facebooktwittergoogle_plusredditpinterestmail

Kerstverhaal: Brenda toch… (11)

kerst 2019

Als ze de andere morgen op school komen is het alweer een vrolijke boel op het schoolplein, de kinderen lopen met rode wangen achter elkaar aan met grote sneeuwballen en vermaken zich prima totdat het sein komt dat ze naar binnen moeten omdat de lessen beginnen. De leraar merkt wel dat zijn volkje vandaag wat onrustig is maar met zijn rustige manier van lesgeven weet hij toch de aandacht te vangen. Tussen de middag is het een geroezemoes in de kantine, de jongens hebben het hoogste woord en dagen elkaar uit om straks na schooltijd een sneeuwballengevecht te houden. De meisjes zitten een beetje bij elkaar en Stacy is ongewild het middelpunt van de gesprekken want de meisjes roemen haar mooie stem nog maar eens en Stacy, die deze complimenten toch stiekem wel leuk vindt, kleurt ervan. Een beetje op de achtergrond zit Brenda met nauwelijks bedwongen woede het hele gedoe aan te zien, bah! wat een aansteller is dat wicht toch, pff ze stelt toch helemaal niets voor? En ondertussen vergeet ze dat zijzelf helemaal gloeide van trots toen zij te horen had gekregen dat ze de hoofdrol in het kerstspel mocht spelen, hoogmoedig had ze alle lof aangehoord en zich ondertussen ver verheven boven alle anderen gevoeld. Maar nu? Nu komt daar dat stomme kind roet in het eten gooien!! Boos gloeien haar ogen en in haar hart klinkt een vals stemmetje dat zegt: “wacht maar, ik krijg je wel!!

Aan het einde van de middag gaan de leerlingen die meedoen aan het kerstspel weer met elkaar en de lerares oefenen. Eerst zijn de leerlingen voor het spel weer aan de beurt en daarna komen de zangers. Als Stacy opnieuw haar solo ten gehore brengt geniet ze er ditmaal zichtbaar van. Ach, wat zingt ze toch graag en wat voelt ze zich blij om dit te mogen doen. Met heel haar hart zingt ze de woorden van het mooie kerstlied. Als ze klaar is krijgt ze een spontaan applaus van de andere kinderen. Blij glanzen haar ogen en op dit moment is Stacy gewoon een lief meisje dat de anderen verlegen toelacht. Nog napratend gaan de kinderen naar de garderobe waar ze hun jassen aandoen en achter elkaar lopen ze naar buiten, het schoolplein op. Brenda heeft op dit moment gewacht en dwars door het gepraat van de anderen heen zegt ze op luide toon: “Pff, jullie moeten dat rare wicht niet zo ophemelen. Een liedje zingen kan iedereen hoor, ze is heus niks bijzonders. En bovendien is ze nog een stiekemerd ook, ja Stacy, ik heb je wel gezien hoor, samen met je moeder ging je naar de voedselbank!! Brrr, stel je voor, moet je de restjes eten die een ander niet wil!!” Het laatste komt er verachtelijk uit en het is doodstil geworden. De andere kinderen kijken Brenda met grote ogen aan, ook Nienke, die altijd trouw op haar zusje wacht, weet niet wat ze hoort. Maar voordat iemand ook maar één woord kan zeggen klinkt er een schreeuw als van een gewond dier. Stacy heeft het gevoel dat ze totaal vernederd wordt voor alle andere kinderen en met een vaart rent ze naar haar fiets, springt erop en rijdt weg alsof ze achterna gezeten wordt. Er hangt nog steeds een doodse stilte, iedereen is ontzet, hoe kán Brenda zó gemeen zijn? Maar dan klinkt er dwars door de stilte het geluid van knarsende remmen, slippende banden gevolgd door een harde klap en roepende stemmen. De kinderen schrikken en rennen in de richting van waar de klap geklonken heeft. “Stacy, het is Stacy” roept iemand en Brenda wordt lijkwit, ze schrikt zó erg dat ze als aan de grond genageld blijft staan. “oh nee! Stacy is doodgereden en het is háár schuld!” Dat is alles wat ze op dit moment kan denken en terwijl alle anderen zich naar Stacy haasten glipt zij stilletjes weg. Automatisch trapt ze door de straten, haar ogen verblind door tranen, haar hart vol wroeging en ze heeft geen idee waar ze heen gaat. Ze weet maar één ding, ze kan niet naar huis, dit wat zij gedaan heeft is veel te erg. En zo raakt ze verder en verder van huis terwijl het om haar heen steeds donkerder wordt…

Als de kinderen bij Stacy komen zien ze haar op de grond liggen, er zijn inmiddels al een aantal mensen die zich over haar ontfermen en ook de man die haar aangereden heeft staat bij haar. Stacy was zó plotseling de weg op komen rijden dat hij haar in deze gladheid niet meer had kunnen ontwijken, zijn banden waren weggeslipt op de gladde straat en zo had hij haar geraakt. Gelukkig had hij niet hard gereden en viel het allemaal nog wel mee. Stacy is natuurlijk heel erg geschrokken en het lijkt erop dat ze haar arm gebroken heeft. Huilend zit ze daar op de straat en een mevrouw, die in de straat woont, neemt haar mee haar huis in. Een paar van de meisjes gaan mee naar binnen, ook Nienke. Ze proberen Stacy te troosten en Stacy glimlacht dankbaar door haar tranen heen naar hen. “Mijn moeder, ik moet mijn moeder bellen” zegt ze en de aardige mevrouw geeft haar een telefoon om haar moeder te bellen want zelf heeft Stacy er geen. Alexandra is net uit haar werk gekomen en verwacht Stacy eigenlijk elk moment thuis. Ze schrikt als ze hoort dat Stacy aangereden is en ze haast zich meteen naar het adres van de vriendelijke dame. Als Stacy haar moeder binnen ziet komen snikt ze het ineens uit van narigheid en haar moeder neemt haar liefdevol in haar armen en strijkt haar kalmerend door het haar. De chauffeur van de auto biedt aan om hen even naar het ziekenhuis te brengen om naar de arm te laten kijken en Alexandra accepteert dat aanbod dankbaar. Het blijkt dat de arm van Stacy inderdaad gebroken is maar verder is ze er gelukkig heel goed vanaf gekomen. “Nog wel een paar dagen rustig aan doen dame” zegt de dokter, “je zult morgen wel heel veel spierpijn hebben”. Stacy glimlacht witjes en met een arm in het gips gaan ze met de meneer die hen gebracht heeft terug naar het huis van de vriendelijke dame, waar Alexandra haar fiets ophaalt. Die van Stacy mag even bij de mevrouw in de tuin blijven staan, die halen ze later wel op, Stacy kan nu toch niet fietsen. Ze gaat samen met haar moeder lopen naar huis.

De andere kinderen zijn inmiddels ook naar huis gegaan. Ook Nienke heeft haar fiets opgehaald op school. Ze had Brenda niet meer gezien en ze veronderstelde dat die allang thuis zou zijn. Bij hun huis aangekomen gooit ze snel haar fiets in de schuur en rent naar binnen. “Bren, Bré-en, waar zit je?” roept ze. Marcia komt kijken in de gang en vraagt verbaasd waarom Nienke zo hard loopt te roepen en waarom zij niet sámen met Brenda naar huis gekomen is? “Is Brenda er nog niet?” zegt ze verbaasd, om dan meteen op boze toon te vertellen van de gemene streek van Brenda en de gevolgen ervan. Marcia schrikt enorm als ze dit hoort. Hoe komt dat kind er nou bij om zoiets te zeggen? Ze begrijpt soms haar eigen dochter niet en ook zij is verbolgen over het hele gebeuren. “Als Brenda zometeen komt dan zal ik haar eens flink onder handen nemen” zegt ze. En als Chris even later uit zijn werk komt krijgt ook hij het hele verhaal te horen. 

Het is al ruim na zevenen, Brenda is nog steeds niet thuis. Eerst hebben ze met z’n allen gewacht met eten totdat Brenda zou komen en uiteindelijk zijn ze dan toch maar aan tafel gegaan maar eigenlijk smaakte het eten niemand echt goed, allemaal zijn ze bezorgd omdat Brenda er nog niet is. “Het is al helemaal donker, waar kan Bren nou toch zijn?” vraagt Nienke met een benauwd stemmetje. Marcia en Chris zijn ook ongerust, dit is niets voor Brenda om zo laat nog onderweg te zijn en waar is ze naartoe? Ze begrijpen wel dat Brenda natuurlijk heel erg geschrokken moet zijn en misschien is ze bang om naar huis te komen, maar wáár kan ze zijn? Hoe later het wordt, hoe ongeruster ze worden en als Brenda om 11 uur nog niet thuis is bellen ze toch maar de politie. 

Ergens op een stille donkere landweg fietst een meisje met langzame trappen voort. ze heeft geen idee waar ze is, ze weet niet hoe laat het is, ze merkt niet hoe donker het is en ook niet hoe stil het op de landweg is. Totaal ontredderd fietst ze verder en verder weg van het dorp waar ze woont…

wordt vervolgd…

christmas-tree

facebooktwittergoogle_plusredditpinterestmail

Kerstverhaal: Brenda toch… (10)

kerst 2019

In de dagen die volgen is Stacy de held van de klas, iedereen heeft de mond vol over haar zangkunsten en Stacy zelf is veel toegankelijker geworden waardoor de meisjes uit de klas veel meer toenadering zoeken met haar. Brenda, die zichzelf als held had gezien omdat ze de hoofdrol in het kerstspel had, is met één klap van haar zelfgebouwde voetstuk gevallen en dat bevalt de dame absoluut niet. Met boze ogen volgt ze alles wat er gebeurt en in haar hart woedt een storm die maar niet tot bedaren wil komen. Er is maar één gedachte die in Brenda’s hoofd omgaat en dat is hoe ze Stacy zo snel mogelijk uit kan schakelen. Zijzelf wil in de schijnwerpers staan en ze kan het niet uitstaan dat Stacy zoveel aandacht krijgt. 

Het is vrijdagmiddag, Brenda is na het oefenen op school nog even de stad in gegaan en nu is ze onderweg naar huis. Het is kwart over vijf maar al aardig donker als ze opeens een bekend figuur ziet, “hé, is dat niet Stacy? waar is die naar op weg? en wie is dat die naast haar loopt? hmmm, misschien haar moeder ofzo”. Een giftig stemmetje fluistert haar in om de beide mensen stiekem te volgen en meteen stapt Brenda van haar fiets en gaat op veilige afstand achter Stacy en haar moeder aan. Al snel komt het doel van hun wandeling in zicht, ze gaan naar de voedselbank om hun wekelijkse portie eten op te halen. Stacy heeft haar moeder gesmeekt of dat zo laat mogelijk in de middag kon zodat ze geen bekenden tegen zouden komen en zo gaan ze altijd pas tegen sluitingstijd. Als ze naar binnen zijn loopt Brenda zo zachtjes mogelijk naar de ingang van het gebouw en gluurt naar binnen. Ze ziet hoe Stacy en haar moeder een doos en een tas met boodschappen krijgen en ze realiseert zich dat dit de voedselbank moet zijn. Ze heeft er weleens van gehoord maar zich er nooit in verdiept wat het inhoudt en wat mensen daar precies krijgen. Er krult een verachtelijk lachje om Brenda’s lippen en snel stapt ze op haar fiets en rijdt naar huis. “Dit is goed, hier kan ze wel wat mee” denkt ze en opgewekt stapt ze even later thuis naar binnen. Aan tafel kletst ze honderduit en Marcia en Chris hebben hun dochter al in tijden niet zo opgewekt gezien en ze zijn blij met de verandering in Brenda…

Als Nienke op maandagochtend haar ogen opendoet blijft ze nog een minuutje liggen en dan stapt ze moedig uit bed. Brrrr, het is echt koud vandaag. Ze kijkt naar buiten en ziet dat het zachtjes aan het sneeuwen is. “Bren, Bren, wakker worden, het sneeuwt!” jubelt ze. Brenda opent moeizaam haar ogen maar even later staat ook zij met een glunderend gezicht voor het raam te kijken naar de dwarrelende sneeuwvlokjes. Snel gaan ze zich wassen en trekken een lekkere warme trui aan waarna ze met veel herrie naar beneden stuiven. “Zo herrieschoppers” zegt papa gemoedelijk. Ze schuiven aan tafel waarna papa de handen vouwt en ze met elkaar bidden voor het eten. Snel eten ze hun brood, nemen hun trommeltjes, proppen ze in hun tassen en verdwijnen naar school. “Doe voorzichtig” roept mama nog en dan zijn ze al weg. Onderweg glijden ze hier en daar een beetje weg maar ze komen heel aan op het schoolplein waar al een sneeuwballengevecht aan de gang is. De meiden zetten snel hun fiets weg en gaan lekker meedoen. Een tijdje later zitten de kinderen met rode wangen en koude handen in de warme klas. Heerlijk om je zo even uit te kunnen leven maar nu is het weer opletten geblazen want de les begint. Vandaag is er geen oefenen dus na schooltijd gaan de kinderen nog eens lekker ravotten in de sneeuw en de beide meisjes komen meer glijdend dan rijdend thuis. “Voel eens hoe koud ik ben” zegt Nienke, en ze legt plagend een hand in de nek van Mark. Deze springt op en mept de koude hand van Nienke weg; “Brrr houd op meid” zegt hij nijdig en gaat weer zitten.Nienke schatert en krijgt van mama een heerlijke beker warme chocolademelk. Ook Brenda krijgt er eentje en samen zitten ze er even later met kleine slokjes van te genieten. Brenda’s ogen hebben een peinzende blik, ze zit ergens op te broeden en lijkt haar hele omgeving vergeten te zijn…

Als ze ‘s avonds naar bed gaat heeft ze haar plan klaar, ze weet wat ze kan doen om Stacy op haar nummer te zetten. Tevreden trekt ze de deken over zich heen en al snel is ze diep in slaap… oh Brenda toch…

wordt vervolgd…

christmas-tree

facebooktwittergoogle_plusredditpinterestmail

Kerstverhaal: Brenda toch… ( 9 )

kerst 2019

“Bah, altijd die gore troep” zegt Stacy terwijl ze kijkt naar de ontbijtboel. Alexandra is gisteren weer naar de voedselbank geweest en ze was blij met de spullen die ze daar gekregen had. Deze morgen had ze Stacy willen verrassen en de broodjes, die er deze keer bij gezeten hadden, op tafel uitgestald, samen met de pot jam en het pakje kaas. Ook had ze een heerlijke pot warme thee gezet en zo had ze gewacht tot Stacy aan tafel kwam. Alexandra kijkt verdrietig als ze de uitroep van Stacy hoort. “Maar kind toch, het is toch fijn dat we dit krijgen?” vraagt ze. “Nee!! het is altijd dezelfde rommel en ik ben het spuugzat om altijd maar die oude boterhammen mee naar school te moeten nemen, en om waterige thee te drinken als ik thuiskom en ik wil ook weleens wat anders op brood dan jam en kaas!” roept Stacy opstandig. Als ik naar die stomme tweeling kijk dan zitten ze altijd te lachen als hun broodtrommeltje open gaat want zij hebben wél altijd lekker brood en ook elke dag een verrassing in hun trommeltje en dan zit ik daar weer met zo’n taaie boterham die ik niet lust!!” 

Verdrietig kijkt Alexandra Stacy aan, “ach kind, ik wilde dat het anders was, dat het net als vroeger was toen papa nog leefde. Toen hadden we het gezellig met elkaar en altijd lekkere dingen in huis, toen bakte ik heerlijke cake’s en waren we zo blij met elkaar… en nu, nu ben ik alleen nog maar altijd aan het werk en altijd moe, zo moe…” Stacy ziet hoe er tranen opwellen in haar moeders ogen en ze schaamt zich dat ze zo lelijk heeft gedaan. Snel gaat ze naar haar moeder toe en slaat een arm om haar heen. “Stil maar mam, ik meende het niet zo, het spijt me” zegt ze en ze geeft haar moeder een kus op de wang. Ze gaat weer op haar plaats zitten en smeert een broodje met jam voor nu en eentje met kaas voor tussen de middag. Na het ontbijt moet Alexandra snel naar haar werk en Stacy stapt op haar fiets om naar school te gaan. “Leuk, vanmiddag weer oefenen voor mijn solo” denkt ze blij en welgemoed trapt ze naar school.

Als de kinderen die middag gaan oefenen en ze, na het kerstspel, toe zijn aan het zingen zegt de lerares: “Ik heb een verrassing voor jullie, ik heb Stacy gevraagd om een solo te zingen en die heeft ze al een aantal keren geoefend en ik wil graag dat ze die vandaag aan jullie laat horen”. De kinderen kijken er van op en zijn benieuwd, Stacy is nogal overvallen door dit voorstel en wordt er verlegen van maar ze vindt het ook wel leuk om te doen. De enige die er niet blij om is is Brenda. Minachtend kijkt ze naar Stacy, “nou, dat zal me wat worden” denkt ze en ze verheugt zich er al op dat het helemaal nergens naar zal klinken. Ze zingen eerst met elkaar de liederen die ze steeds geoefend hebben en dan is het de beurt aan Stacy. Zenuwachtig gaat ze vooraan staan en als de muziek begint te spelen klinkt daar haar mooie stem, eerst nog wat aarzelend maar al snel is ze over haar zenuwen heen en zingt ze voluit en warm het mooie lied over de geboorte van de Here Jezus. De kinderen kijken en luisteren vol bewondering naar het mooie lied en als het uit is zijn ze stuk voor stuk vol lof en prijzen de mooie stem van Stacy. Stacy krijgt er een kleur van, haar ogen stralen en haar gezicht verliest de hooghartige trek die ze meestal tentoon spreidt, hier staat gewoon een lief meisje dat zich warmt aan de complimentjes. Brenda bekijkt het gedoe met afgunst, het valt haar zwaar tegen dat Stacy blijkbaar zingen kan, dát had ze niet verwacht en met een boos gezicht fietst ze even later naast Nienke terug naar huis.

wordt vervolgd…

christmas-tree

facebooktwittergoogle_plusredditpinterestmail

Kerstverhaal: Brenda toch… ( 8 )

kerst 2019

Het is begin december en de dagen worden korter en kouder, op school zijn ze bezig om te oefenen voor een kerstspel. Er zal voor de ouders en de grootouders van de kinderen een kerstspel worden opgevoerd en daarbij zullen er ook wat liederen gezongen worden door de kinderen. Verschillende kinderen hebben een rol gekregen in het kerstspel. Er was niet voor iedereen een rol weggelegd maar wel mogen ze allemaal meezingen met de liederen. Brenda is wel uitgekozen voor het kerstspel, samen met nog wat andere kinderen. Nienke is niet uitgekozen maar dat vindt ze geen probleem, ze helpt haar zusje trouw bij het oefenen van haar rol en moedigt haar aan waar ze maar kan. Brenda is maar wat trots want zij mag de hoofdrol vertolken en ze heeft heel wat tekst te leren. De andere meisjes van haar klas bewonderen haar omdat ze het zo goed doet en Brenda gloeit van trots. Uitdagend kijkt ze naar Stacy die maar wat stilletjes op de achtergrond blijft. Zij heeft geen rol in het kerstspel maar ach, dat is momenteel wel haar minste zorg. Brenda verkneukelt zich dat Stacy geen belangrijke rol heeft in het spel, “net goed, verwaand nest” denkt ze in stilte. Drie keer in de week wordt er, na schooltijd, in een leeg lokaal het kerstspel geoefend en het gaat al aardig goed. De kinderen hebben er ook veel plezier in en met elkaar lachen ze wat af om dingen die verkeerd gaan. Af en toe heeft de lerares die hen hierbij begeleid moeite om de orde erin te houden maar er is een leuke onderlinge sfeer en dat is heel wat waard. 

Vandaag is het weer een oefendag en de kinderen die moeten zingen staan netjes in 2 rijen opgesteld. Stacy, die normaal altijd wat achteraan staat is door de lerares naar voren gehaald omdat ze niet zo heel groot is en ze anders niet te zien is achter de langere kinderen. Als ze beginnen te zingen valt het de lerares op dat Stacy echt goed kan zingen, ze luistert nog eens goed en denkt: “Wat een mooie stem heeft dat kind”. Als de les is afgelopen vraagt ze Stacy om nog heel even te blijven. Stacy kijkt wat bevreemd op maar blijft dan rustig wachten tot de lerares bij haar komt. Samen zitten ze in het lokaal en de lerares zegt haar dat ze vindt dat ze zo’n mooie stem heeft en vraagt haar of ze op de kerstviering een solo zou willen zingen. Stacy krijgt een kleur van verrassing. “Ik?” zegt ze, “echt waar?” vraagt ze ongelovig. De lerares glimlacht en zegt dat ze het echt meent. Stacy’s ogen gaan stralen en de lerares ziet haar helemaal opleven. Samen spreken ze af dat Stacy op de oefendagen een half uurtje nablijft om dan samen met de lerares de solo te oefenen en blij en opgewonden fietst ze even later snel naar huis. Ze kan niet wachten om mama het goede nieuws te vertellen.

Brenda heeft tegenwoordig het hoogste woord in de klas, ze voelt zich ver verheven boven de anderen omdat zij de hoofdrol voor het kerstspel heeft gekregen. “Ja, ik ben gewoon de beste, want als dat niet zo was had de lerares heus wel iemand anders gekozen” zegt ze en hooghartig kijkt ze de kring eens rond. De andere meisjes raken het gedrag van Brenda inmiddels behoorlijk beu en zelfs Nienke vindt dat Brenda wel een toontje lager mag zingen. Brenda ziet dat zelf heel anders en ook thuis schept ze op over hoe goed ze wel is. Mark geeft haar ongezouten ervan langs en vindt dat ze zich niet zo aan moet stellen. Marcia en Chris kijken elkaar eens aan als Brenda weer zo bezig is en proberen haar ook wat in te tomen. “Bren, het is leuk dat je de hoofdrol mag spelen en we vinden ook dat je het heel goed doet maar je moet niet zo hoogmoedig doen hoor, de anderen doen ook allemaal hun best, of ze nou een rolletje spelen of meezingen, iedereen is immers belangrijk op zijn eigen plekje? Je hebt elkaar toch allemaal nodig?” “Pfff, nou echt niet, sommigen zijn gewoon slecht. En dat gekke mormel, die Stacy, die staat gewoon ergens achteraan te playbacken bij het zingen, dié kan helemaal niks!” zegt Brenda. Marcia en Chris schrikken van de heftigheid waarmee Brenda deze dingen eruit gooit. “Ben je nou helemaal gek om zó over een ander te praten?” buldert Chris. Hij is echt boos op zijn dochter die zo minderwaardig over dat andere meisje doet. Brenda schrikt ervan maar met een verwaand schouderophalen loopt ze naar boven. Nienke kijkt haar ouders eens hulpeloos aan, “ik snap niet wat Bren toch tegen Stacy heeft” zegt ze, “Stacy is best aardig maar ik vind haar ook een beetje zielig, ze kijkt altijd zo verdrietig” zegt Nienke. Marcia kijkt haar warm aan en zegt dat ze maar lief moet zijn voor Stacy en met een lief knikje loopt ook Nienke naar boven. “Hoe komt het toch dat deze twee kinderen zo totaal verschillend van karakter zijn” zegt Chris en Marcia haalt de schouders op, zij begrijpt het ook niet maar in haar hart is ze bezorgd over de houding van Brenda sinds dat meisje bij hen op school is gekomen. Ze hoopt en bidt dat Brenda zelf tot het inzicht zal komen dat haar houding niet goed is.

wordt vervolgd…

christmas-tree

facebooktwittergoogle_plusredditpinterestmail