Willekeurige bemoediging
  • Slechts een kind…
    Eén van de zendingsorganisaties in Brazilië, Evangelische Zending  Brazilië,  is ooit door twee mensen, Nico en Trijnie van Eijk, opgezet. …
Recente reacties
Archief

CD: U bent er altijd

Here is the Music Player. You need to installl flash player to show this cool thing!

De schuilhoeken van het hart 14.

Ook Carlien’s ogen worden groot van verbazing, “helpen?” vraagt ze schuchter, “ja, helpen” zegt Lieke’s moeder,  “we kunnen jou hier toch  niet alleen mee laten zitten? Er zijn vast wel mogelijkheden om jou te helpen”. Carlien begrijpt er niets van, hoe kan Lieke’s moeder zó lief voor haar zijn terwijl zij, Carlien, Lieke in een kwaad daglicht heeft gesteld en haar zo heeft getreiterd op school? Maar hoewel ze het niet begrijpt is ze wel heel erg blij dat er nu iemand is die van haar situatie afweet en die haar zelfs ermee wil helpen. “Ik weet niet hoe u kunt helpen, en ik ben ook niet boos op papa, ik houd juist zoveel van hem” zegt Carlien. “Ja hoor lieverd, dat weet ik en misschien kunnen we jou en je papa allebei wel helpen, zullen we daar eens over nadenken?”. Carlien kijkt Lieke’s moeder dankbaar aan, er springen opnieuw tranen in haar ogen, ze veegt ze snel weg.

Joëlle heeft zo haar eigen gedachten over dit alles, ze vindt Carlien maar een grote aanstelster, “eerst zo stoer doen en nu doen alsof ze nog geen tien kan tellen” denkt ze schamper. Ongemerkt komt er een hooghartige trek op haar, anders zo lieve, gezichtje. Voor haar is Carlien nog steeds de vijand maar ze weigert haar eigen, minder fraaie, aandeel in deze hele geschiedenis onder ogen te zien, zo langzamerhand heeft ze hier schoon genoeg van en abrupt staat ze op. “Ik ga naar huis hoor, ik denk dat mama op me zit te wachten en dan kan ik haar ook meteen vertellen wat er aan de hand is”. De andere drie knikken begrijpend, natuurlijk, Joëlle’s moeder moet ook weten wat er gaande is. “Tot morgen dan Joëlle” zegt Lieke, ik zie je op school wel weer”. Lieke’s moeder zegt er nog achteraan “doe je moeder de hartelijke groeten van mij en zeg maar dat we snel weer eens samen een beetje bij moeten praten. “Ja hoor, tuurlijk” denkt Joëlle, “nou dát ga ik in principre voorlopig wel proberen te voorkomen” denkt Joëlle. Ze moet er niet aan denken dat er tijdens dat gesprek misschien toch van enige kant argwaan zou komen, of dat er op zijn minst aan haar gevraagd zal worden waarom zij hier bij betrokken is. Nee hoor, dát gaat niet gebeuren, Joëlle is niet dom…of misschien tóch wel een beetje?..

Als Joëlle buiten komt ziet ze dat het aan het sneeuwen is. Heel even vergeet ze alle problemen en heft haar hoofd op naar de loodgrijze lucht waar gestaag de sneeuwvlokjes uit naar beneden vallen. Er ligt al een behoorlijk laagje sneeuw en Joëlle besluit de fiets aan de hand te nemen en het stukje van Lieke’s huis naar het hare te lopen. Peinzend loopt ze daar en overdenkt hoe ze het verhaal het beste thuis kan verkopen zonder argwaan te wekken. Tot nu toe slaagt ze er behoorlijk in om haar schuldgevoel ver weg te stoppen. Ze heeft niet in de gaten dat het benauwde gevoel dat telkens weer de kop op steekt niet de schuld van Carlien is, maar dat het haar eigen schuld is. Zij was ontrouw aan Lieke en heeft zelfs meegeholpen om ervoor te zorgen dat Lieke ten onrechte van een zwaar vergrijp beschuldigd werd. Nee, Joëlle ziet dat niet.

Als ze thuiskomt zet ze snel haar fiets weg en gaat naar binnen. “Hoi mam”, roept ze al vanuit de hal waar ze haar jas ophangt en haar schoenen wegzet. “Het sneeuwt, heb je het gezien?” vraagt ze aan haar moeder. Elleke is blij verrast dat Joëlle zo opgewekt binnen komt lopen en antwoord dat ze het inderdaad al gezien heeft. “Je bent vroeg, viel er een les uit?” vraagt ze aan haar dochter. “Nee mam, er is iets gebeurd op school waardoor ik zo vroeg ben”. “Nou, zo erg kan het niet zijn want je bent nog behoorlijk opgewekt, ik ga eerst even iets lekker warms te kerst-mand-grijs-rood[1]drinken halen en dan moet je me er maar eens alles van vertellen”, zegt Elleke terwijl ze naar de keuken loopt. Als ze even later de kamer weer binnenkomt zit Joëlle met een zorgelijke trek op haar gezicht op de bank. Als ze haar moeder in de gaten krijgt trekt ze gauw haar gezicht in de plooi en begint, zodra haar moeder heeft plaatsgenomen, te vertellen: “Mam, je gelooft niet hóé gemeen Carlien is geweest!”…

facebooktwittergoogle_plusredditpinterestmail


2 + 9 =