Willekeurige bemoediging
  • 25 november 2006
    Een stad met omvergehaalde muren, zo is iemand die zijn geest niet in bedwang heeft. Spreuken 25:28. Een stad met omvergehaalde …
Recente reacties
Archief

CD: U bent er altijd

Here is the Music Player. You need to installl flash player to show this cool thing!

Slaapkop.

Ik ging langs de akker van een luiaard en langs de wijngaard van een verstandeloos mens, en zie, hij was geheel begroeid met distels, met onkruid bedekt, zijn stenen muur was neergehaald. Toen ik dit aanschouwde, nam ik het ter harte, toen ik het zag, trok ik een les daaruit: nog even slapen, nog even sluimeren, nog even liggen met gevouwen handen, daar komt uw armoede aangelopen en uw gebrek als een gewapend man. Spreuken 24:30-34

De wijngaard van een verstandeloos mens, een mens dus zonder verstand ofwel iemand die zijn verstand niet gebruikt. In Spreuken 9:10b staat: “Het kennen van de Hoogheilige is verstand”. Een verstandeloos mens is dus iemand die God niet kent, en een “luiaard”, iemand die de moeite niet neemt om God écht te leren kennen. En er wordt hier gesproken over onkruid en distels, dingen die niet thuishoren in een wijngaard, en dan niet zomaar een klein beetje, nee, er staat dat deze wijngaard geheel begroeid was met dit onkruid. Er was dus al lang niets aan gedaan. Als ik in mijn eigen tuin onkruid naar boven zie komen dan bestrijd ik dat zodat het niet verder kan woekeren, ik spuit er iets op dat meteen tot in de wortels trekt zodat het onkruid geheel afsterft. Zo is dit ook de bedoeling in ons geestelijk leven, als wij merken dat er dingen in ons leven zijn die niet van God zijn, zouden wij dat met wortel en al moeten verdelgen zodat het geen kans krijgt om verder te woekeren. Maar iemand die slaapt ziet niets.

Ook wordt er gesproken over de stenen muur die neergehaald was, en als je een stukje verder in de Spreuken gaat dan staat er “een stad met omvergehaalde muren, zo is iemand die zijn geest niet in bedwang heeft” Spr.25:28. Er is geen bescherming, alles kan zomaar binnenkomen, geen muren die indringers buiten houden. Onze geest in bedwang houden, dat wil dus zeggen dat we júíst ons verstand (kennis van God) nodig hebben om onze geest te besturen en ervoor te zorgen dat onze geest zich richt op het goede, datgene wat God welgevallig is. “De geest van de mens is een lamp des Heren, doorzoekende al de schuilhoeken van het hart” Spr.20:27. Dus alle verborgen plekjes waar dat onkruid stiekempjes kan woekeren totdat het alles overgroeid en verstikt.

Wanneer onze geest, die gericht is op het dienen van God, op zelfonderzoek uitgaat zullen die verborgen plekjes aan het licht komen en zijn wij in staat het onkruid dat zich daar probeert te verbergen, te ontdekken. Mooi woord, “ontdekken” de bedekking ervan af halen. In de begintekst staat uiteindelijk dat wanneer we nog even slapen en sluimeren, “onze armoede komt aangelopen en ons gebrek als een gewapend man”. Dit spreekt me aan en doet me een link leggen met Hebr.4:12-13: Want het woord Gods is levend en krachtig en scherper dan enig tweesnijdend zwaard en het dringt door, zó diep, dat het vaneenscheidt ziel en geest, gewrichten en merg, en het schift overleggingen en gedachten des harten; en geen schepsel is voor Hem verborgen, want alle dingen liggen open en ontbloot voor de ogen van Hem, voor wie wij rekenschap hebben af te leggen.

We spraken over een verstandeloos mens, een mens die geen kennis heeft van God en Zijn woord, een luiaard. Deze is, omdát hij geen moeite heeft gedaan om God te leren kennen, ongewapend. Hier staat dat het woord Gods ons wapen, ons zwaard is en als je dat dus niet kent heb je geen verweer. Dan komt onze (geestelijke) armoede en ons gebrek (aan kennis) op ons toe als een gewapende vijand. Juist doordat we weerloos zijn zullen wij dan overwonnen worden door de verkeerde dingen. Er staat dat Gods woord in staat is scheiding te brengen tussen overleggingen en gedachten des harten. Een gedachte komt binnen, daar kun je niets aan doen, of het nou een goede of een verkeerde gedachte is, maar om er een overlegging des harten van te maken moet je met die gedachte aan de gang gaan, “er iets mee doen” en vóór het zover komt hebben we dus Gods woord nodig om die gedachten te verjagen, ze te verslaan. Zelfs de Here Jezus gebruikte Gods woord om daarmee de duivel te weerstaan, Hij zei: “er staat geschreven…..” Zijn wij meer dan de Here Jezus? Hebben wij Gods woord en de kennis daarvan niet nodig?

De duivel wil niets liever dan ons lekker in slaap sussen en ons wijsmaken dat het allemaal zo’n vaart niet loopt, dat we toch van onszelf niets te verwachten hebben en dat we nou eenmaal zondaars zijn enz……..Maar het zijn leugens, Gods woord roept ons op om de goede strijd te strijden, er staat in Romeinen 13:11-12 : Gij verstaat immers de tijd wel, dat het thans voor u de ure is om uit de slaap te ontwaken. Want het heil is ons nu meer nabij, dan toen wij tot geloof kwamen. De nacht is ver gevorderd, de dag is nabij. Laten wij dan de werken der duisternis afleggen en aandoen de wapenen des lichts!

 

facebooktwittergoogle_plusredditpinterestmail


+ 1 = 7