Ik vind spiegels altijd lastig om echt goed schoon te krijgen. Zo had ik eens al mijn spiegels keurig (dacht ik zelf) schoongemaakt met spiritus en een zeem  Ik was er zelf heel tevreden mee en blij dat het weer eens lekker schoon was voor mijn gevoel… Totdat ik op een middag bij één van de spiegels kwam waar een direct zonnetje op scheen, oei, ’t zag er niet uit, strepen, een hoopje aangekleefd stof in een hoekje en allesbehalve schoon dus. Ik heb toen meteen even wat gepakt om het wél goed schoon te maken zolang dat zonnetje erop scheen want toen kon ik het tenminste goed zien

Het kwam door dat zonlicht dat ik zo goed zag hoe vies die spiegel eigenlijk nog was. Sowieso is licht erg belangrijk als we iets goed willen zien en dat bracht me op de volgende gedachten. Als je de bijbel leest dan is het ook het allereerste wat de Here God geschapen heeft. Zie maar in Gen.1:1-3: In den beginne schiep God de hemel en de aarde. De aarde nu was woest en ledig, en duisternis lag op de vloed, en de Geest Gods zweefde over de wateren.  En God zeide: Er zij licht; en er was licht. Verder kunnen we lezen dat God zelf, licht is en dat er in Hem geen duisternis is, (I Joh.1:5) In de Psalmen staat dat Gods woord een lamp voor onze voet en een licht op ons pad is.(Ps.119-105)

Er zijn nog veel en veel meer plaatsen in de bijbel die spreken over licht, maar deze drie heb ik er even tussenuit gepikt omdat ik deze zo mooi vond. Als eerste maakte God het licht, vervolgens geeft Hij Zijn woord, dat een lamp en een licht is dat ons leidt, én Hijzelf is licht. Ook van de Here Jezus staat trouwens geschreven dat Hij het licht der wereld is. (Joh.12:46)

Ik ben God dankbaar voor het licht, het “geestelijke” licht. Hierdoor ben ik in staat om in mijn eigen leven te kijken. Daar waar ik misschien gedacht heb dat ik het “aardig schoon” gehouden of gemaakt had, kom ik nog weleens voor verrassingen te staan hoor. Toch is het zo mooi om hierover na te denken, God schiep het licht waarmee die duisternis die over de vloed lag, moest verdwijnen. Vervolgens zorgt Hij ervoor dat wij in het licht kunnen wandelen door Zijn woord te lezen en te onderzoeken, en in dat licht zien wij onze fouten en gebreken die wij mogen wegdoen uit ons leven. Hiermee verdwijnt ََóók in ons leven de duisternis. Ik heb weleens iemand horen zeggen dat duisternis eigenlijk niet bestaat, het is slechts de afwezigheid van licht, en zo is het ook. Met andere woorden, daar waar het licht verschijnt moet elke duisternis wijken.

Ik moet zo denken aan de eerste regels van lied 334 uit Opwekking: