Héla, dat is mijn troon!
Nog een grappige flashback van 2 jaar terug 🙂
Heel zachtjes kom ik aanlopen vanuit mijn werkkamer, ik kijk om een hoekje en wat zie ik? Simon die als een koning troont op wat? Op MIJN stoel!! Maar dát gaat toch niet gebeuren. Bestraffend kijk ik hem aan en spreek ik hem toe… maakt het indruk? Blijkbaar niet, onbevangen kijkt hij terug, zijn trouwe bruine ogen in het schuin gehouden kopje blikken trouwhartig in de mijne. Tja, dan zit er niets anders op dan hem eigenhandig te verwijderen van de zetel. Hups, eraf jij. Ik pak hem bij de halsband en sleep hem letterlijk van de stoel, hij geeft geen millimeter mee maar hij belandt wel weer op de grond. Gek beest toch. Hahaha, nog even en dan is mijn huis zijn koninkrijk en ik zijn bediende.
Ach ja, inmiddels weten jullie, mijn lezers, wel dat ik van tijd tot tijd zotte dingen meemaak en dit voorval met Simon deed me denken aan een andere periode. Ik had iemand leren kennen, nee geen date of zo, maar gewoon meer een kennis en na zijn verhaal aangehoord te hebben vond ik het best wel sneu voor hem dat hij zo alleen was en ik vroeg hem of hij het wel gezellig zou vinden om eens een keertje te komen eten? Nou, hij haalde onmiddellijk een agenda ergens vandaan, bladerde erin en sprak de legendarisch geworden (binnen onze familie) woorden: “Ja prima, dan kom ik elke maandag want dan moet ik toch daar en daar zijn en dan kom ik met de trein hier langs en kan ik even uitstappen en op hetzelfde kaartje weer door naar huis!” Ehh… elke maandag…?? Ehh… oh… nou… oké… stamelde ik verbijsterd. En zo begon de “take-over” van mijn huis, mijzelf en mijn gezinsleven. Ik zal niet in detail treden, maar de kinderen, in de puber leeftijd, kwamen op maandag niet meer thuis, de ene ging met vriendinnen bij de Mac eten, de ander ging bij ons in de straat op de hoek bij een vriendin van ons eten, de derde ging weer ergens anders heen en zo zaten Joyce (die nog te jong was voor eigen plannen) en ik, elke week met deze gast aan tafel. Van lieverlee werd hij veeleisender, was niet écht heel gezellig, nam de hele bank in beslag door zich languit daarop te posteren mét de afstandsbediening van de tv, verder zal ik er niet teveel over vertellen maar we hebben écht veel meegemaakt, en nou ja, om een lang verhaal kort te maken, iedereen zag op tegen de maandag… Uiteindelijk was het ruim een jaar en vele maandagen later, we zaten buiten te eten omdat het mooi zomerweer was, toen hij op een gegeven moment opstond, naar het tuinhek liep, zich daar nog even omdraaide en sprak: “Oh ja, dit was de laatste keer, ik heb nu een vriendin ontmoet dus ik kom niet meer”. En zo liep hij weg waarna ik hem nooit meer gezien of gehoord heb.
Een man die het zichzelf en zijn omgeving best moeilijk maakte, hij heeft me dingen verteld en dan spraken we daar samen over, maar hij was eigenlijk niet echt in staat om naar zichzelf te kijken. Dat had waarschijnlijk alles met zijn stoornis te maken en ach, ik hoop echt dat hij nu gelukkig mag zijn!
Die “take-over”, weet je, dat kunnen we in ons geestelijk leven ook hebben, dan laten we bepaalde dingen binnenkomen die dan vervolgens een eigen leven gaan leiden en ons hele denken en voelen overnemen. Dat kan van alles zijn, één van de voorbeelden die ik dan vaak gebruik is bitterheid. Het komt ongemerkt binnen, het ligt in de aanhanger van de pijn, pijn die veroorzaakt wordt door derden waardoor er iets beschadigt in ons leven. Bitterheid is dan eigenlijk heel legitiem en logisch en daardoor wordt het niet onderkend als “onkruid”. Maar iedereen die een tuin heeft weet ook wat onkruid doet, onkruid heeft geen grenzen, het komt overal naar boven waar het maar wil, tussen de planten, tussen de tegels, en als je er niets aan doet overwoekert het je hele tuin. Zo is het ook in ons leven, het komt binnen op een bepaald moment, onopgemerkt omdat het er gewoon thuis “lijkt” te horen. Maar van lieverlee breidt het zich uit en gebeuren er steeds meer dingen in ons leven waar we bitter van worden en zo worden we een verbitterd mens. Vreugde verdwijnt, liefde verdwijnt, rust en vrede verdwijnen, het sterft langzaam maar zeker vanbinnen. En pas als we dit onkruid bij de wortel aanpakken zal het uit ons leven verdwijnen, maar we moeten het wel zelf met wortel en al uitrukken. En die wortel te vinden dat is essentieel, maar daar wil de Here God Zijn licht over laten schijnen en ons laten zien waar dat zaadje van bitterheid is binnengekomen en wortel heeft geschoten.
Het is maar één voorbeeld, er zijn er vele te noemen.
Dan denk ik weer aan Simon, hij troont op MIJN stoel, daar waar hij helemaal niet thuishoort. De dingen die wij in ons hart binnenlaten nemen de troon over van Diegene die op die troon van ons leven hóórt te zitten, Vader God. Hem hebben wij, als het goed is, de ereplaats in ons leven gegeven.
Ik vind zulke voorvallen, en de overleggingen die eruit voortkomen, altijd leerzaam voor mezelf en ik bid dat ook een ieder die dit leest, er iets mee kan en wil doen in zijn/haar eigen leven.