Willekeurige bemoediging
  • En de buurman lachte…
    Mijn God zal in al uw behoeften naar Zijn rijkdom heerlijk voorzien in Christus Jezus. Phil.4:19 Deze tekst is er eentje …
Recente reacties
Archief

CD: U bent er altijd

Here is the Music Player. You need to installl flash player to show this cool thing!

15 juli 2007

Gisteren heb ik iets verteld over het verdriet van de Here God, daarbij heb ik deze tekst gebruikt nl: Te raadplegen was Ik voor hen die naar Mij niet vroegen, te vinden voor hen die Mij niet zochten; Ik zeide tot een volk dat Mijn naam niet aanriep: Hier ben Ik, hier ben Ik. De ganse dag breidde Ik mijn armen uit naar een opstandig volk dat volgens eigen overleggingen wandelde op een weg, die niet goed is; Jes.65:1-2.

Dit had mij zelf in de vroege morgen zo aangesproken, en ik was naderhand beneden, waar ik in een hoekje van de kamer ook een soort “stille tijd hoekje” heb, en daar was ik nog zo bezig met deze woorden. Toen kwamen er een aantal gedachten in mij naar boven die ik ook hier wat verder uit wil werken. Ietsje later ging ik op weg naar de vrouwenochtend in Middelburg, en ook in de auto was ik nog bezig met het feit dat deze woorden echt een jammerklacht van de Here God inhouden. We hebben met elkaar een hele fijne en goede ochtend gehad en op het einde van de morgen kwamen we nog met elkaar in gesprek en toen heb ik deze woorden en gedachten ook gedeeld met de andere vrouwen die daar aanwezig waren. Het frappante was, dat één van deze vrouwen naar de leidinggevende van deze morgen keek en zei: “Dit is een antwoord op mijn droom”. Ze had een droom gehad waarin heel duidelijk naar voren was gekomen dat de Here God een onuitsprekelijk verdriet had. Zij had dat in die droom zó duidelijk gevoeld, maar ze wist niet waarom of hoezo. Dit had ze de dag daarvoor met deze vrouw gedeeld en samen waren ze in gebed gegaan maar konden niet goed zeggen waar dit verdriet dan vandaan kwam. Nu ze deze bijbeltekst hoorden en ook de gedachten die ik daarbij had gekregen, vielen de puzzelstukjes voor hen op hun plaats en waren ze er echt door geraakt. Ikzelf trouwens ook, en ik wil vandaag vertellen over de gedachten die ik gisterenmorgen had.

In de eerste plaats moest ik denken aan de woorden die de Here Jezus uitsprak toen Hij aan het kruis hing “Mijn God, Mijn God, waarom hebt U Mij verlaten?” Zóveel keer heb ik deze woorden al gehoord en evenzovele keren spraken ze me aan, want natuurlijk weten we waarom de Here God Zijn Zoon daar aan dat kruis alleen moest laten, dat was omdat God een Heilig God is en geen gemeenschap met zonde kán hebben. Zélfs Zijn eigen Zoon, de Állerliefst die Hij bezat, moest Hij alleen laten toen Hij onze zonden op Zich had genomen en ze meedroeg aan dat kruis. Maar wat me gisterenmorgen zó duidelijk werd was het volgende: Waarom zei de Here Jezus dit? Was het echt een vraag die Hem bezighield? Wist Hij niet waarom God dat moest doen? Ik dacht het niet hè? De Here Jezus wist uiteraard waarom dit zo was. Maar waarom zei Hij het dan? Weet je, dát werd me gisteren zó duidelijk, Hij zei het zodat wij het te weten zouden komen. Hij was de énige die deze constatering kon maken, niemand anders kon zien of merken dat de Here God Hem los moest laten dan Hij alleen. En opdat iedereen het weten zou, heeft Hij het luid en duidelijk gezegd. Als één van de discipelen gezegd zou hebben dat hij de indruk had dat de Here Jezus daar aan dat kruis verlaten was door Zijn Vader, dan had er altijd nog twijfel kunnen bestaan of dat wel écht zo was, maar nu de Here Jezus dit zélf zegt, kan er geen enkele twijfel over bestaan.

Goed, waarom is dit dan zó belangrijk? Dit is belangrijk voor ons om te weten, opdat wij ook echt ernst maken met alles waar we mee bezig zijn. Met ons geloof, met onze relatie met de Here God, met de oprechtheid van ons hart, met de reinheid van onze levens. Want als God zélfs Zijn Zoon alleen moet laten, wie zijn wij dan wel dat we vaak zó gemakkelijk met de dingen omgaan? Dat we dúrven beweren dat “God liefde is” waarmee we bedoelen dat Hij wel wat door de vingers ziet? Nog steeds kán God géén gemeenschap hebben met zonde, en wanneer er aan ons zonde kleeft kúnnen wij géén gemeenschap met Hem hebben! Psalm 24:3-6: Wie mag de berg des Heren beklimmen, wie mag staan in Zijn heilige stede? Die rein is van handen en zuiver van hart, die zijn ziel niet op valsheid richt, noch bedrieglijk zweert. Die zal van de Here een zegen wegdragen en gerechtigheid van de God zijns heils. Dat is het geslacht van wie naar Hem vragen; die uw aanschijn zoeken, dat is Jakob.

Als je deze tekst legt naast die van Jesaja, die ik bovenaan heb geschreven, dan zeggen die twee teksten zóveel. Voor vandaag wil ik het hierbij laten, en morgen wil ik graag verder vertellen welke gedachten de Here in mijn hart legde. Weet je, het wordt tijd dat we daadwerkelijk opgroeien tot volwassen zonen en dochters, en soms hebben we weleens een duwtje in de rug nodig.

                                             Uw trieste roep, oh Vader,
dringt door diep in mijn ziel,

           het brengt verdriet teweeg
doch het maakt óók dat ik kniel
.
                           Ook ik moet U bekennen
dat ik niet altijd naar U vroeg,
en de zaken van Uw Koninkrijk
neem ik vaak niet ernst genoeg!

facebooktwittergoogle_plusredditpinterestmail


+ 7 = 8