Mijn papa
Vandaag. 8 februari, is het al weer 7 jaar geleden dat mijn vader overleed.
Als ik aan mijn vader denk dan is dat met dankbaarheid in mijn hart. Mijn vader was een geweldige vader en de herinneringen die ik aan hem heb zijn stuk voor stuk mooi en brengen een warm gevoel in mijn hart. Kleine dingen zoals het feit dat hij mij altijd op zaterdag in bad deed toen ik nog klein was, of het feit dat mijn vader een auto van de zaak had in een tijd dat auto’s nog schaars waren, en wij als kinderen (ikzelf, mijn jongere broer en een paar kinderen uit de straat) stonden iedere avond op de hoek van de straat op hem te wachten, dan kwam hij uit zijn werk en dan mochten we instappen en dan reed hij met ons nog een extra rondje. Ik weet nog dat hij weken of misschien nog langer, iedere avond in de bijkeuken aan het werk was om voor mijn jongere zusje een poppenhuis te maken voor de kerst. Het was heel precies met raampjes, een mooie trap, verlichting enz. Een prachtig poppenhuis. Mijn vader was altijd bereid om ons te halen en te brengen als we ergens heen moesten en ook was het zo dat, toen we ouder werden en ik, als eerste, mijn rijbewijs had, hij nooit naar bed ging voordat ik thuis was. We woonden destijds in Lekkerkerk maar hadden vrienden in Zeeland en dan gingen mijn broer en ik daarheen voor een weekend en dan zeiden we dat we pas heel laat thuis zouden zijn en dat hij niet hoefde te wachten. Maar zelfs toen we een keer om vier uur ’s nachts thuis kwamen zat mijn vader trouw op ons te wachten. Hij had geen enkel verwijt of klacht, hij wilde alleen maar zien dat we thuis waren en toen kon hij rustig gaan slapen. Als ik ergens heen moest ging ik altijd naar mijn vader om hem te vragen hoe ik moest rijden en hij wist feilloos de namen van de steden die ik achtereenvolgens tegen zou komen op te noemen. In die tijd was er nog geen TomTom maar met mijn vader had ik dat ook niet nodig. Het klopte altijd en ik vertrouwde er ook blindelings op dat hij gelijk had. Als er bij mij iets te klussen viel vroeg ik mijn vader om te komen, hij kwam altijd en samen hebben we heel wat afgeklust. Ik was de trouwe helper die de dingen vasthield, aanreikte, zorgde voor de koffie en de broodjes en zo hebben we veel voor elkaar gekregen.
Toen mijn vader ziek werd was ik het die hem 7 weken lang elke morgen naar het ziekenhuis reed voor zijn bestralingen. Als hij in het ziekenhuis lag haalde ik elke dag mijn moeder op om samen op bezoek te gaan omdat ik degene was die geen werk had en het gemakkelijkst weg kon. De anderen bezochten hem dan op andere tijden, hij was nooit alleen. Mijn vader was geen grote prater maar hij was een vader zoals ik mij geen betere had kunnen wensen.
De laatste nacht van zijn leven heb ik bij zijn bed gezeten. Mijn moeder had al zoveel nachten bij hem doorgebracht en die nacht was ik het die het van haar overnam. Hij was ver weg, af en toe deed hij zijn ogen open en hoewel hij de dingen niet goed meer wist was het zijn lieve, op dat moment ook wat hulpeloze, blik die mij aankeek. Ik hield zijn hand vast en heb een Bijbelgedeelte voor hem opgezegd waarvan hij mij verteld had dat hij dat zelf altijd in zichzelf bad als hij in de scan lag. De andere morgen kwam de dokter die ons vertelde dat het niet lang meer zou duren, de voorganger kwam en vroeg aan mijn vader of hij naar huis wilde. Mijn vader knikte ja, de voorganger, mijn moeder en ik hebben daar aan zijn bed met hem gebeden en niet veel later is hij heel rustig weggegleden, weggedragen naar zijn hemelse huis. We hebben hem nog gedag gezegd en toen we ’s avonds bij hem gingen kijken heb ik zijn koude hand geaaid en gezegd: Dag pap, ik hou van je…
Ik heb toen een gedicht gemaakt dat ik op zijn begrafenis heb voorgelezen, dat was mijn manier om persoonlijk nog een laatste keer afscheid van hem te nemen:
Papa
Zijn handen hielden mij vast
op de dag dat ik werd geboren,
zijn stem noemde mijn naam
en ik kon die klanken horen.
Met mijn ogen nog gesloten
voelde ik, ik hoor bij hem,
‘t waren mijn vaders handen
en het was mijn vaders stem.
Toen ik zelf nog niet kon lopen
heeft hij mij in zijn armen gedragen,
maar in zijn hart droeg hij me voort
tot in het laatste van zijn dagen.
Ik houd heel veel van mijn vader
en ook al is hij hier nu niet meer,
in mijn hart draag ik hem met mij mee
want eenmaal zien wij elkaar weer.
Ons wacht een hemels huis,
een nieuw plekje om te wonen,
waar Vader God al uitziet
naar Zijn dochters en Zijn zonen.
Een plaats van zuiver vrede,
een plaats van licht en rust
waar élke pijn en moeite
door Hemzélf wordt weggekust.
Zijn handen hielden hem vast
op ‘t moment dat wij hem verloren,
Zijn stem noemde papa’s naam
en hij kon die klanken horen.
Met zijn ogen reeds gesloten
mocht hij voelen, ik hoor bij Hem,
het waren Vaders handen
en het was Vaders stem.
papa is Thuis! Ik hou van je, pap!
Dat was mijn lieve papa, de mooie herinneringen aan hem draag ik voor altijd in mijn hart.
Wat is het mooi als je mag weten dat je geliefden bij Vader God thuis mogen zijn, dat je ze ooit weer terug zal zien en wat is het een mooie gedachte dat ook wijzelf eenmaal in dat Vaderhuis ons eigen plekje zullen hebben.
Ik vind dat zoiets moois en als ik aan deze Papa denk dan is mijn hart ook vol van dankbaarheid en liefde. Deze Papa is er altijd, geen moment, geen seconde laat hij mij uit Zijn ogen gaan, Hij weet van alle dingen, Hij kent al mijn gedachten, Hij kent mijn omstandigheden, Hij houdt mij vast, helpt mij dag aan dag, geeft mij warmte, liefde, troost, ontferming, goedheid, genade, rust, vrede, wijsheid en nog zoveel meer. Als ik de weg niet meer weet dan weet Hij hem feilloos en leidt mij aan Zijn hand, als er dingen in mijn leven zijn die “opgeknapt” moeten worden dan ben ik de klusser en is Hij degene die mij de dingen die ik nodig heb aanreikt, Hij zorgt voor mijn inwendige mens en wat heb ik al veel met Hem beleefd. En soms kan ik zo intens verlangen naar dat moment dat ik Hem van aangezicht tot aangezicht mag zien, dat ik Hem mag ontmoeten en ik weet zeker dat ik dan mijn armen om Hem heensla en zeg: “Ik hou van je, Pap”.