Kerstvervolgverhaal: Óók een vluchteling. (1)
Het meisje aan het hek.
Het is woensdagmorgen, de kinderen in de klas van meester Johan zijn onrustig. Meester Johan begrijpt het wel, een uurtje geleden is het gaan sneeuwen, de eerste sneeuw van het jaar en net twee weken voor Kerstmis, de kinderen hebben alleen nog maar aandacht voor die sneeuw die langzaam aan het schoolplein en de daken van de huizen wit kleurt. Weg willen ze, naar buiten, heerlijk glijden en spelen, tjonge wat gaat de tijd dan toch langzaam. Maar eindelijk gaat dan toch de bel ten teken dat de kinderen naar huis mogen. In een oogwenk zijn de kinderen verdwenen. In de hal grissen ze in het voorbijrennen hun jas van de kapstok en weg zijn ze, heerlijk die mooie witte wereld in.
Eenmaal buiten zoeken de vriendinnen, Emma, Simone, Ariël en Kyra elkaar op. “Wat gaan we doen vanmiddag?” vraagt Kyra aan de anderen. “Lekker een sneeuwman maken of sneeuwballen gevecht, of wat dacht je van een glijbaan?” De meiden hebben allemaal wel een idee om de middag te vullen en al kwebbelend lopen ze gearmd naar huis. Al sinds de kleuterschool zijn ze de beste vriendinnen en trekken ze heel veel met elkaar op. Nu zitten ze inmiddels al in groep 7, zijn alle vier dit jaar 11 geworden, en hebben nog steeds het grootste plezier samen. Wat een heerlijk stel…
Halverwege de weg naar huis passeren ze de sporthal. Sinds enkele weken wonen daar een heleboel vluchtelingen. De meisjes hebben er van gehoord, er wordt thuis en op school druk over gesproken. Veel mensen in hun dorp zijn het er niet mee eens, ze vinden hun dorp hiervoor te klein en ze zijn boos omdat deze vluchtelingen alles gedaan krijgen wat de “eigen mensen” niet krijgen. Overal wordt voor gezorgd, en dat terwijl er in eigen land toch zoveel mensen onder de armoede grens leven en daarbij vinden ze de vluchtelingen eigenlijk ook eng. Nee, veel mensen zijn het er niet mee eens en zijn daar boos over. Ook de vier vriendinnen krijgen daar natuurlijk genoeg van mee en ze worden er ook best wel een beetje door beïnvloed.
Als ze de sporthal naderen zien ze haar weer staan, een meisje van hun eigen leeftijd zo te zien. Elke dag staat ze daar bij het hek van de grote parkeerplaats die rondom de sporthal heenloopt. “Gek kind” zegt Emma net hard genoeg om gehoord te worden door het meisje dat daar zo verloren bij dat hek staat. Demonstratief steekt ze haar arm door die van Kyra en met de neus in de wind lopen ze het meisje voorbij. De andere twee komen iets achter Kyra en Emma aan en Simone vindt het eigenlijk heel zielig dat het meisje daar zo alleen staat maar ze durft er niet teveel van te zeggen, bang dat haar vriendinnen het raar zullen vinden. In het voorbij lopen knikt ze schuw het meisje vriendelijk toe waarop deze haar een gulle glimlach toewerpt. Snel loopt Simone door maar in haar hart is een vervelend gevoel, ze weet er niet zo goed raad mee. Ariël, die naast haar loopt, heeft wel gezien wat Simone deed maar ze zegt er niets van, snel halen ze de andere twee in en kwebbelen vrolijk verder tot hun wegen zich scheiden en ze ieder naar hun eigen huis gaan.
Wordt vervolgd…
Wat een mooi verhaal ben nu benieuwd naar nummer 3 ?
Ga de rest ook lezen op je pagina, ziet er mooi en goed uit. Succes met schrijven verder.
Dank je wel! Ik wens je veel leesplezier.
Liefs,
Ingrid.
Hallo Ingrid,
Leuk dat ik jou ‘gevonden’ heb via internet! Ik geniet van je verhalen en overdenkingen.
Groetjes!
Dat vind ik leuk om te horen, dankjewel?
Ik wens je nog veel leesplezier!
Groetjes,
Ingrid.