De schuilhoeken van het hart 12.
Joëlle heeft al die tijd nog niets gezegd, ze heeft haar handen stijf ineengestrengeld en ze hoopt vurig dat Carlien haar niet zal verraden, dat ze niets over haar aandeel in het geheel zal vertellen, oh alsjeblieft Carlien… ze zou het hardop willen smeken maar daarmee zou ze zichzelf lelijk verraden dus blijft ze stil. Haar hart is opstandig, ze vindt het maar raar dat Lieke en haar moeder zo vriendelijk doen tegen Carlien, tenslotte is Carlien toch maar mooi heel fout geweest. Ze is boos op Carlien want het was Carlien die ervoor gezorgd heeft dat zij, Joëlle, nu in zo’n lastig parket zit. Joëlle vergeet echter haar eigen aandeel, als zij sterk was gebleven zoals Lieke, was dit haar nooit overkomen, ze had voor het goede moeten kiezen en niet, uit angst, voor de gemakkelijke, doch verkeerde, weg. Nee, Joëlle voelt zich allesbehalve gemakkelijk in de gezellige woonkamer bij Lieke thuis.
“Toen papa zonder werk kwam kreeg hij ook minder geld en bijna alles gaf hij uit aan alcohol’, Gaat Carlien verder. “Er was geen geld voor andere dingen, hierdoor moesten we ook verhuizen, het andere huis was te duur en we moesten iets goedkopers zoeken. Zo ben ik dus hier in de buurt komen wonen en bij jullie op school gekomen”. Ze kijkt hierbij even Lieke en Joëlle vluchtig aan. Dan gaat ze verder “ik schaamde me voor de kleren die me te klein waren geworden of die versleten waren, maar voor nieuwe kleren was er ook geen geld en ik probeerde een oplossing te vinden. Ik heb overal gevraagd naar een bijbaantje maar niemand kon me gebruiken, ik was te jong. Toen ik op een middag in het kleine speeltuintje vlakbij ons huis rondhing, kwamen er drie grotere jongens bij me staan. Ze begonnen een gesprek en al gauw hadden ze door dat ik dringend geld nodig had en ze deden me een voorstel. Ik hoefde niets te doen, ik hoefde alleen maar met ze mee te gaan als ze ’s avonds gingen inbreken. Oh, niks ergs hoor, ze gingen alleen bij die mensen die het makkelijk konden missen en ze zouden alleen kleine dingetjes meenemen. Ja, zo klonk het vrij onschuldig en ik hoefde alleen maar buiten op wacht te staan en een seintje via de telefoon te geven als er onheil dreigde, bijvoorbeeld als ik zag dat er boven ergens licht aanging, of als ik mensen het desbetreffende huis zag naderen. Ach, ik wist diep vanbinnen wel dat dit niet goed was, maar ik had het geld zó hard nodig. Het ging eigenlijk heel gemakkelijk, ik heb nooit onheil ontdekt, de jongens kwamen makkelijk naar binnen en hadden snel wat spullen gevonden die ze dan meenamen om te verkopen. Ze kozen juist de dingen uit die niet zo specifiek te herkennen waren en die verkochten ze vrij snel weer door en het geld werd onder ons verdeeld. Hierdoor kon ik ook eens gewoon meedoen met de anderen en zelfs af en toe wel vrienden “kopen”. “Ja” denkt Joëlle wrang, “ik was er daar ook eentje van” en boos kijkt ze naar Carlien.
Carlien is op een punt aangekomen waar ze even niet verder kan vertellen, ze heeft het te kwaad met haar emoties. Ze denkt er namelijk nu pas aan dat mama wel heel erg teleurgesteld in haar zou zijn geweest als ze dit had geweten, wat een verdriet zou mama hiervan hebben gehad. Als ze zich dit bedenkt schaamt ze zich nog dieper dan ze al deed en krampachtig slikt ze de opnieuw opkomende tranen weg. “Tegenover de jongens deed ik net of het mij allemaal niet kon schelen maar vanbinnen voelde ik mij wel heel slecht en als papa mij dan weer sloeg had ik het gevoel dat ik het verdiend had. Op school deed ik net of ik heel stoer was, ik wilde niet dat iemand zou zien hoe het echt met mij ging. Al snel begonnen de kinderen tegen mij op te kijken en een heel aantal wilde vrienden met mij worden. Jammer was het wel dat het geen echte vrienden waren, ze deden alleen maar alsof omdat ze bang van me waren”. Hier voelt Joëlle toch wel een stukje herkenning en ze weet dat haar vriendschap voor Carlien ook niet echt was. Maar dit gevoel duwt ze snel weer weg, ze wil alles zo snel mogelijk achter zich laten en als verder niemand over haar aandeel in de zaak spreekt kan ze er nog mooi zonder kleerscheuren af komen…denkt ze..