Willekeurige bemoediging
  • 31 oktober 2007
    De Here Jezus zegt in Matth.14:26-33 (uit Het Boek) : Wie bij Mij wil horen, moet meer van Mij houden dan van …
Recente reacties
Archief

CD: U bent er altijd

Here is the Music Player. You need to installl flash player to show this cool thing!

Zó had ik het nog nooit gezien…

Druiventros[1]

De Here Jezus zegt in Joh. 15:5 : Ik ben de wijnstok, gij zijt de ranken. Wie in Mij blijft, gelijk Ik in hem, die draagt veel vrucht, want zonder Mij kunt gij niets doen.

Het verhaal van de ware wijnstok, de Here Jezus zegt hier dat we zónder Hem niets kunnen doen. Wij mogen in Hem zijn, we mogen doordát we in Hem zijn, die levensbrengende sappen door ons heen laten stromen en op die manier sterk worden en vrucht gaan dragen. De Here Jezus wil deel uitmaken van ons leven, Hij wil erbij zijn, Hij wil niet vergeten worden, Hij wil niet dat we ook maar één stap doen zonder Hem en daarom wil Hij dat we “in” Hem zullen zijn en blijven.

Wat is nou eigenlijk de vrucht van de wijnstok? dat zijn de druiven hè? Het mooie van dit verhaal (Joh.15:1-8) vind ik dat de Here Jezus zegt dat wij ranken mogen zijn aan de wijnstok. Hierbij waarschuwt Hij wel dat we in Hem moeten blijven omdat we anders geen vrucht kunnen dragen. Ranken die geen vrucht dragen worden door de Vader weggenomen, terwijl ranken die wél vrucht dragen door de Vader gesnoeid worden, opdat ze nóg meer vrucht zullen gaan dragen.Tóch is het zo, dat de rank op zichzelf, een volkomen waardeloos stukje hout is, er staat over ranken die geen vrucht dragen: men verzamelt ze en werpt ze in het vuur en zij worden verbrand. vers 6b. Zo’n rank krijgt pas waarde als hij verbonden is met die wijnstok, dán zullen er aan de rank vruchten ontstaan, druiventrossen.

Wij zijn die ranken, en het is mooi om te merken dat er in ons leven inderdaad vruchten ontstaan als wij verbonden blijven met die wijnstok. Maar wat gebeurt er nou eigenlijk precies? Die ranken worden gesnoeid, kleiner gemaakt dus (auw!). Maar doordát ze gesnoeid worden, worden de ranken op zich wél sterker en daardoor meer capabel om meer en mooiere, grotere vruchten te dragen. Dan worden de druiven geplukt en dan? Tegenwoordig zijn er overal machines voor bedacht, maar in de tijd van de bijbel ging het nog ouderwets, toen werden de druiven nog “getreden” met andere woorden, ze werden met (reine) voeten platgewalsd, fijngemaakt, en door een zeef werd dan het sap opgevangen en al het andere bleef in die zeef achter, het omhulsel, dus de buitenkant, maar óók de pitjes die vanbinnen in de druif zitten. Zodoende blijft alleen het zuivere druivensap over, die dan door gisting tot wijn wordt.

Vrucht dragen doen wij niet voor onszelf, wij doen dat voor onze Hemelse Vader, van wie de Here Jezus zegt, dat Hij de Landman is. Hij is degene die onze vrucht kán, mág en zál plukken, het zijn ook Zijn voeten die de vrucht zullen treden, en Hij is het die er wijn van zal maken. Want dát is het uiteindelijke doel van druiven.

Soms gebeurt het dat we in ons leven de vruchten zien van ons werk voor de Here, we zien de dingen onder onze handen groeien en bloeien. Maar dan plotseling lijkt alles wel mis te gaan, alsof alles ons bij de handen afbreekt. Nou, wij wéten  natuurlijk precies hoe dat komt nietwaar? Tuurlijk, de duivel is het die dingen kapotmaakt, zó heb ik het altijd gedacht hoor, tótdat ik op dit moment dit stukje lees en het tot mij doordringt dat het óók weleens heel anders kan zijn dan we denken. Gód is het die de Landman is, Hij neemt die vrucht, dátgene waar je trots op bent omdat je het (oké, met Zijn hulp) dan toch maar mooi voor elkaar hebt gekregen. Je voelt je groeien als anderen met bewondering kijken naar datgene wat jij hebt bereikt. Zo’n prachtige mooie glanzende volle druiventros… en dan wordt het je afgepakt en zomaar in een bak gesmeten en met voeten getreden, man, dat doet pijn hoor. Je wordt boos en moedeloos, eerst probeer je de satan te bestraffen, je probeert het uit zijn klauwen terug te grijpen, maar hij is (geheel tégen zijn natuur) dit keer onschuldig… tja, en daar zit je dan, want hóé moet je het óóit terugkrijgen als je geen idee hebt waar het is gebleven??

En God zegt: Joehoe, hier is het hoor, ja, je herkent het misschien niet meer, Ik heb namelijk het mooie jasje eraf gehaald, want dat is toch maar overbodig, die jasjes zorgen er alleen maar voor dat ieder vruchtje op zichzelf blijft, dán heb Ik ook nog de pitjes er voor je uitgehaald, Ik heb je werk gezuiverd, en al met al heb Ik ervoor gezorgd dat deze vruchtjes tezamen tot één mooi geheel zijn samengevloeid en nu ga ik er beweging in brengen (laten gisten) en daardoor zal het “sterk” worden en in staat zijn om écht iets te doen binnenin de mensen die je ermee zult bereiken.

Cake-van-honing-en-rode-wijn[1]Wijn staat in de bijbel vaak symbool voor “bloed” en de wijn die er over blijft wanneer God ons werk heeft getoetst, is net zo krachtig, zuiver en levensreddend, en alleen dát is van blijvende waarde voor God en voor Zijn Koninkrijk……

Blijft natuurlijk nog de vraag: hóé weet ik nou of de duivel mij dingen afpakt, óf dat  het God is die bezig is om Zijn werk in mij te doen? Wel, dat is heel simpel, als wij ervoor zorgen dat we álles, maar dan ook écht álles wat we voor Hem “dénken” te doen, in Zijn handen leggen, dan kan de duivel daar nóóit aankomen! En laat God dan maar Zijn werk doen, want God bepróéft wel, maar Hij beschaamt nóóit!!

 

facebooktwittergoogle_plusredditpinterestmail


9 + = 10