Weer die trein.
Ja hoor, hier is weer een spannend trein verhaal. Gisteren was ik weer eens onderweg met de trein en ik moet je zeggen, de heenreis ging vlekkeloos, ik ben nergens vergeten uit te stappen, heb in- en uitgecheckt en ben op de juiste tijd aangekomen op mijn bestemming. So far so good. Toen ik later terugging verliep de reis op zich ook goed, wederom geen fouten, weliswaar even in slaap gevallen maar…. Ik had mijn wekker gezet dus ik maak echt vorderingen.
Toen ik op station Middelburg uitstapte, het was al later op de avond, stapten er tegelijk met mij 3 dronken mannen uit. Ze scholden de conducteur uit en maakten veel kabaal op het perron. De conducteur deed er wijselijk het zwijgen toe en het drietal vertrok luid schreeuwend en herriemakend richting uitgang. Ik vond het, zacht uitgedrukt, niet fijn en ik bleef een eind achter hen, hopend en biddend dat ze niet ook onder het tunneltje door moesten net als ik. Gelukkig bleven ze aan de bovenzijde van het perron en liep ik de trap af naar het tunneltje. Ik was opgelucht en hoorde ze nog straten ver schreeuwen.
Ik liep door het tunneltje en kwam uit aan de achterzijde van het station waar de auto stond. Er was ’s middags geen plaats op het pleintje geweest dus had ik de auto iets verder in de woonwijk moeten parkeren. Toen ik uit het tunneltje kwam zag ik een man of jongen (ik heb niet de tijd genomen hem goed te bekijken) te midden van allemaal omgevallen of omgegooide fietsen staan. Ze lagen links en rechts om hem heen en hij stond wijdbeens tussen die fietsen en zijn houding straalde agressie uit. Ik was de enige die aan die kant het station verliet en opnieuw overviel me een gevoel van “jakkie” (wederom zacht uitgedrukt). Ik overzag de situatie en bad ondertussen. Precies op dat moment kwam er een patrouille wagen van de politie langs. In eerste instantie reed de wagen door maar bij het zien van de man ging de wagen in zijn achteruit en stapte er een agent uit die op de man afging om te horen wat er aan de hand was. Uiteraard ben ik niet gebleven om te horen wat deze te vertellen had maar ben snel, slalommend tussen de fietsen door gelopen en snel naar de auto.
Tja, ik vrees dat ik de treinavonturen aan mijn jas heb kleven ofzo, er gebeurt altijd wel iets, hahaha, maar ja, saai is het nooit, dus als je van avonturen houdt is het een aanrader een keertje met mij samen een treinreis te maken.
Eenmaal in de auto was er zo’n kinderliedje dat in mijn gedachten bleef rondzingen. Het was het refreintje dat als volgt luidt: Heer U bent altijd bij mij, U legt Uw handen op mij, en U bent voor mij en naast mij en om mij heen.
Voor mij was die patrouille wagen op dat moment een gebedsverhoring. Ik heb de Here God er ook voor gedankt. Dat kinderliedje is gemaakt naar aanleiding van Psalm 139 en een paar verzen ervan wil ik een ieder voor deze dag meegeven, nl. vers 1-6, alom bekende woorden die ikzelf ook al zo dikwijls heb gelezen en die altijd weer bemoedigen:
HERE, Gij doorgrondt en kent mij;
2 Gij kent mijn zitten en mijn opstaan,
Gij verstaat van verre mijn gedachten;
3 Gij onderzoekt mijn gaan en mijn liggen,
met al mijn wegen zijt Gij vertrouwd.
4 Want er is geen woord op mijn tong,
of, zie, HERE, Gij kent het volkomen;
5 Gij omgeeft mij van achteren en van voren
en Gij legt uw hand op mij.
6 Het begrijpen is mij te wonderbaar,
te verheven, ik kan er niet bij.
Als je deze woorden diep tot je door laat dringen dan spreken ze van zo’n enorme betrokkenheid van de Here God voor een ieder van Zijn mensenkinderen, David wist dat ook, hij heeft dat zovele malen mogen zien en ervaren, hij had een band met de Here God en deze woorden geven een stukje van de relatie weer die hij met de Here God had. David was zich bewust van de betrokkenheid van de Here God bij zijn leven. Dan vraag ik me af: Ben ik me daar ook altijd zo bewust van? Nee, niet altijd, soms wel, maar soms ook minder. Toch, als ik dan deze woorden lees dan ontroeren ze mij en dan herken ik ze wel.
Ik wil eenieder bemoedigen deze morgen, weet dat de Here God bij je is, dat Hij Zijn hand op je legt en je omgeeft van achteren en van voren, dat hij je gedachten kent en de woorden die je uit wilt spreken nog voor je dat gedaan hebt. Hij is erbij vandaag!
Ik wens je een mooie en gezegende dag toe!