Willekeurige bemoediging
  • Dat verdien je niet (3).
    Wellicht stuit je op deze reis door je innerlijk op dingen die je niet had kunnen vermoeden, dingen die je …
Recente reacties
Archief
CD: U bent er altijd

Here is the Music Player. You need to installl flash player to show this cool thing!

Het is niet niks…

De Here Jezus zegt op een gegeven moment in Joh.5:19 : Voorwaar, voorwaar, Ik zeg u, de Zoon kan niets doen van Zichzelf, of Hij moet het de Vader zien doen; want wat deze doet, dat doet ook de Zoon evenzo. God de Vader was het grote voorbeeld voor de Here Jezus, alles wat Hij deed had Hij geleerd en gezien van Zijn Vader. .

Maar op Zijn beurt is de Here Jezus weer hét grote voorbeeld voor ons, wij mogen naar Hem kijken en de dingen die Hij doet, óók doen, we mogen leren van Hem. Hijzelf spreekt daarover een stukje verder in hoofdstuk 13, daar gaat het over het wassen van de voeten en hoe de Here Jezus daar zélf de voeten van Zijn discipelen wast, en dan zegt Hij in Joh.13:14-15 : Indien nu Ik, uw Here en Meester, u de voeten gewassen heb, behoort ook gij elkander de voeten te wassen; want Ik heb u een voorbeeld gegeven, opdat ook gij doet, gelijk Ik u gedaan heb. Dit voeten wassen staat symbool voor reiniging, en niet alleen van het zichtbare vuil, doch ook van het onzichtbare vuil, iets wat de discipelen op dat moment nog niet begrepen. De Here Jezus geeft hier symbolisch een voorproefje van wat Hij nog zou gáán doen, namelijk zorgen voor de volkomen, volmaakte reiniging, door voor alle mensen aan het kruis te gaan. Pas later hebben zij dat begrepen en ook wij mogen dat weten, maar dat geeft deze woorden van de Here Jezus wel een diepere dimensie voor ons. Want deze woorden gelden ook voor ons, maar hoe moet je dit nu eigenlijk zien? Wat wordt hier nu mee bedoeld? Voor jou, voor mij?

Wat hier van ons gevraagd wordt is, dat wij ten eerste bereid zijn om die ander, die ons iets heeft aangedaan volkomen te vergeven, maar dit verhaal zegt eigenlijk nog meer. Als je in de Filippenzenbrief leest, dan staat daar dat wij die ander uitnemender moeten achten als onszelf. En als wij dát daadwerkelijk en van ganser harte doen, dan zal het zo zijn dat wij die ander zijn/haar  fouten niet kwalijk zullen nemen, maar dan zullen wij overtuigd zijn van ons eigen falen, én de verlossing die wij zélf nodig hadden en die wij door Gods genade ook hebben gekregen. De dankbaarheid over onze eigen verlossing zal vele malen groter zijn en wat we dán zeggen is, “och, dat foutje wat jij gemaakt hebt tegenover mij? Maak je daar maar niet druk om hoor, want ikzelf heb véél grotere fouten gemaakt en tóch heeft de Here Jezus óók mij totaal vergeven, ik neem jou dat niet kwalijk”. Door deze houding zal die ander, naar ons toe, geen vuile voeten meer hebben en ook voor onszelf is dit het juiste om te doen, want ook in ons eigen hart brengt zo’n houding vrijheid.

Ik zeg niet dat het makkelijk is want soms kan het zelfs héél erg moeilijk zijn, ik zeg alleen maar dat dát hetgeen is wat Hij van ons vraagt…

Het kan onmogelijk lijken
wat ons hier wordt gezegd,
maar Jezus zélf gaf ons het voorbeeld
en ook al is het een gevecht,
Hij zal ons zéker steunen
als in ons hart de strijd ontbrandt,
Hij leert ons hoe te handelen
Hij staat aan ónze kant.


+ 4 = 12