Een serieuze zaak.
Vandaag een best wel ernstig blogje.
Toen ik zondag zo ’s morgens naar de samenkomst reed, bedacht ik me dat de maatschappij veelal een maatschappij geworden is van presteren en geld verdienen. Dat geeft aanzien. Niet alleen in de wereld is dat zo, ook onder christenen kom je dit tegen. Mensen willen graag aanzien, status, een naam. Daarbij is het natuurlijk ook lekker om flink wat geld te verdienen. Christenen vinden het vaak fijn om een stukje status te verkrijgen door de dingen die ze voor de Here doen. In zoveel landen evangeliseren of prediken, voor zoveel duizenden mensen op een podium staan en ze toespreken. Hoe vaak hoor ik het niet: ik ben al in dat land en dat land geweest, ik heb al voor zovelen gesproken, er zijn er al zoveel genezen als ik voor hen gebeden had. Ik heb een zus of zo bediening, of ook in een gemeente bijv. zie je dat mensen allerhande titels opgeplakt krijgen en daaraan ook een stuk status verbinden….
Zou de Here God dat nou óók zo belangrijk vinden? Ik denk het niet. Ik wil hier niets afdoen aan het feit dat er mensen zijn die wereldwijd anderen weten te bereiken en die met een toegewijd hart bezig zijn om de Here God te dienen, dat is zeer waardevol en daar heb ik ook absoluut respect voor, maar helaas is er ook veel kaf tussen het koren. Weet je, de Here God geeft helemaal niets om status of aanzien, Hij is juist iemand die keek daar waar niemand keek en dan mensen ontdekte in wie Hij een welbehagen had en die Hij wilde en kon gebruiken in Zijn Koninkrijk. Neem bijv. David, zelfs door zijn eigen vader werd hij min of meer vergeten en zéker niet capabel geacht om tot koning gezalfd te worden, maar de Here God keek met andere ogen en zag wel degelijk een toekomstig koning in hem, Hij had gezien hoe David met zijn schaapjes omging en hoe dapper en trouw hij was. Hij had David gezien in het veld, daar waar geen toeschouwers waren, waar niemand was dan alleen de schapen, een baan die voor anderen minderwaardig was, maar God had welbehagen in David. En ook vandaag is het de Here God die in de toiletten van de gemeente kijkt en daar die zuster ziet die ze elke week trouw schoonmaakt. Hij ziet die oude broeder die elke dag in zijn kamer op de knieën gaat en daar in alle stilte voorbede doet voor zijn medebroeders en zusters. Hij ziet hoe daar een anonieme man een gebed opzendt terwijl hij langs de zwerver op het station loopt, hij ziet óók hoe deze man even later terugkomt om de zwerver wat eten te brengen, dat zijn dingen die door de Here God gezien en op waarde geschat worden. Dat zijn dingen die voor God eeuwigheidswaarde hebben. De impact die we hebben op onze kinderen en familieleden, het getuigenis dat wij op ons werk mogen uitdragen alleen door onze houding en uitstraling, dat is belangrijk. Daar verdien je geen “naam” mee, maar je verwerft er de goedkeuring en de dankbaarheid van de Here God mee.
Gisteren kwam er in mijn gedachten dat, wanneer we straks voor de troon van God moeten verschijnen, Hij ons niet zal vragen wát we bereikt hebben in ons leven, maar dat Hij ons zal vragen wíé we bereikt hebben. Hij zal gaan zien tussen al die duizenden óf er überhaupt mensen tussen waren die daadwerkelijk aangeraakt waren door de dingen die gesproken werden, Hij zal gaan zien of de dingen die wij gedaan hebben ook echt eeuwigheidswaarde hebben gehad, want dát is belangrijk. Hebben we de dingen gedaan uit pure liefde voor God en voor onze medemensen, of toch meer om eer en aanzien voor onszelf te verkrijgen? Ik vraag me dat dikwijls af bij mezelf, waarom doe ik de dingen, doe ik het écht uit liefde voor de Here God? Een vraag die me regelmatig bezighoudt, vanaf het zingen in de gemeente tot aan het schrijven van mijn blogjes en alles wat daar tussen zit…
Ik wil voor vandaag eindigen met een stukje uit Mattheus, en het daarbij laten, ik denk dat we ieder voor onszelf dit kunnen nemen en zien waar wij staan en in hoeverre ons leven in overeenstemming is met hoe de Here God het van ons graag zou zien.
Dit Bijbelgedeelte wil niet zeggen dat de dingen die erin genoemd worden per definitie fout zijn, het wil ons alleen maar stimuleren om kritisch naar onszelf te zijn, te kijken naar onze motivatie, onze hartgesteldheid, onze toewijding naar- en gehoorzaamheid aan- de Here God. en ik persoonlijk vind dat voor mijzelf een goede zaak.
Matth.7: 21-23 : Niet een ieder, die tot Mij zegt: Here, Here, zal het Koninkrijk der hemelen binnengaan, maar wie doet de wil Mijns Vaders, die in de hemelen is. Velen zullen te dien dage tot Mij zeggen: Here, Here, hebben wij niet in Uw naam geprofeteerd en in Uw naam boze geesten uitgedreven en in Uw naam vele krachten gedaan? En dan zal Ik hun openlijk zeggen: Ik heb u nooit gekend; gaat weg van Mij, gij werkers der wetteloosheid.