28 maart 2006
In Psalm 23 begint David met de woorden: De Here is mijn herder, mij ontbreekt niets. Ik heb vroeger deze woorden voor mijzelf vertaald als, ik mag alles vragen wat ik maar hebben wil of waar ik naar verlang. Maar inmiddels ben ik wijzer geworden en heb gezien dat er staat: ik héb alles wat ik nodig heb en ik kom niets tekort! En natuurlijk mogen we onze wensen bij Hem bekend maken, maar dat wil niet zeggen dat we ook alles krijgen wat we graag zouden willen hebben.
Iedere dag mogen we zoveel zegeningen ontvangen en als we ons daarvan bewust zijn, dan kun je zó’n dankbaar hart hebben. Maar jammer genoeg is het vaak niet voldoende, zijn er verlangens die ons hart vervullen en die onze gedachten in bezit nemen en voor onvrede zorgen. We zijn niet tevreden met wat God ons geeft, we willen meer.
Vaak is het zo dat we kunnen verlangen naar allerlei dingen, dat we ontevreden zijn met wat we hebben en pas als we dreigen het kwijt te raken, dán ineens zien we de waarde en de belangrijkheid van de dingen. Een klein voorbeeld, toen de kinderen nog erg jong waren, dacht ik, als ze maar eens allemaal groot genoeg zijn voor school, dan krijg ik meer tijd voor mezelf en wat meer rust, kunnen ze wat zelfstandiger zich aan- en uitkleden enz. ik kon daar echt naar verlangen. Maar toen op een dag werden ze eens stuk voor stuk verschrikkelijk ziek, de één na de ander kreeg hele hoge koorts meer dan 41graden, ze waren aan het ijlen en ze waren werkelijk doodziek. En het was een angstige tijd, en het duurde een poos voordat ze eindelijk weer wat aan de beterende hand waren, maar gedurende deze ziekte dacht ik, ik wilde dat ze maar weer lekker met elkaar kibbelden, rommel maakten, ongehoorzaam waren, allemaal dingen waar ik weleens over kon mopperen, maar die me toen zó kostbaar waren, en naar school? nee hoor, lekker veilig thuis, dicht in de buurt. En nadat ze gezond waren, heb ik dit áltijd, tot op de dag van vandaag in mijn gedachten gehouden als het weer eens niet liep zoals ik graag wilde. Dan was er altijd de gedachte aan die tijd dat ik ze bijna kwijt was en dan ben ik zó dankbaar met ze, wát ze dan ook voor streken uithalen soms.
Het is weleens goed om te kijken naar alles wat we hébben inplaats van naar datgene wat we óók nog wel graag zouden willen, dát wat ons naar ons eigen gevoel nog wél ontbreekt…… Zegeningen tellen, bedenken wat God heeft gedaan, heeft gegeven, daar krijg je een dankbaar hart van en dat brengt vrede en rust in je leven.
“mij ontbreekt niets!” DankUwel hemelse Vader, dat U mij alles geeft wat ik nodig heb en dat ik géén enkel gebrek heb!
U geeft mijn leven inhoud, zin,
U vult met Uw goedheid al mijn dagen,
U geeft mij reden om te danken Heer,
ik heb echt niets te klagen.
‘k Heb alles wat ik nodig heb
en als ik zo eens kijk
en al mijn zegeningen tel,
ontbreekt mij niets, wat bén ik rijk.