25 mei 2008
En toen dacht ik eraan dat, ook al hebben we misschien financieel niet veel om weg te geven, we geestelijk wel degelijk veel hebben om uit te delen en weg te geven. We hebben van de Here God zóveel gekregen, en wij mogen daarvan ook weer uitdelen naar anderen toe. Heerlijk is dat. Wanneer we onze zegeningen tellen, en we in ons eigen leven eens gaan kijken wat God een geweldige dingen gedaan heeft en welke goede gaven Hij ons elke dag opnieuw geeft, dan kan het niet anders dan dat we daarvan tot overvloeiens toe vol zijn en ook anderen daarvan laten meedelen. Wij mogen als het ware het heerlijskte water dat er bestaat tappen uit onze hemelse Bron. We kunnen daar zelf van drinken maar hebben genoeg om er ook anderen van mee te laten genieten. Wanneer men eenmaal geproefd heeft van dit water zal er een dorst komen naar meer, en dat is toch de bedoeling hè? Ik moet zo denken aan een lied dat ik ooit eens gemaakt heb, een lied waarin ik bepaalde wensen heb beschreven die ook voor vandaag nog evenzo de wensen van mijn hart zijn. Het is al een aantal jaren geleden dat ik dit schreef en ik moet zeggen dat ik in de tussenliggende jaren wel gegroeid ben. Wanneer ik dit teruglees zie ik dingen die nu anders geworden zijn, maar ik weet ook dat de Here nog iedere dag aan mij bezig is om dingen uit te werken, dingen aan te wijzen, dingen duidelijk te maken, want er valt nog genoeg te doen:-))) Maar ik vind dat echt geweldig, Hij geeft het nooit op en daar kan ik alleen maar zeer dankbaar voor zijn. En zodoende is dit nog steeds…..
Mijn hart wil ik graag laten vullen
met alles wat van U is Heer,
mijn handen hef ik naar U op
‘k wil ontvangen meer en meer.
Hoe komt het toch, dat ondanks alles
wat U mij zo graag geven wilt,
mijn leven soms toch nog zo leeg lijkt
en mijn hart soms zo verkilt?
dat U mij zult vervullen
en dat de woorden die ik spreek
alleen die ander zeeg’nen zullen.
Maar ik doe het nog zo vaak verkeerd
en ik weet zelf waar het aan schort,
help mij in U te blijven
zodat al ’t Uwe, ’t mijne wordt.
Ja, ik wil graag een rank zijn Heer,
die stevig aan de wijnstok groeit
en ‘k wil met U verbonden zijn
zodat mijn leven volop bloeit.
Ik wens, dat als men mij ontmoet
Uw liefde, stralend door mij heen
elk mensenhart verwarmen zal
en dat men ziet, Heer, U alleen.